Canalblog
Suivre ce blog Administration + Créer mon blog

Boske y An en America del Sur

15 juillet 2008

The end!!!

Hey allemaal,

Wel ja, het is zover, de allerlaatste keer dat we op de blog schrijven.  Snif...  Maar niet getreurd, er komt zeker nog een vervolg:  "De avonturen van An en Quentin in China", "Boske en An in Tibet", "Het grote Avontuur van An en Boske in Centraal Amerika",....  Zoiets als Kuifje maar met meer fotos :-)  Aaaah, we zien wel he! 

Vrijdag 11 juli bezochten we Montevideo, een stad die ons aangenaam verraste met haar intacte koloniale architectuur.  We wandelden enkele uren door de straten eer we ons voor een begeleid bezoek naar het Theater Solis begaven.  Niet alleen was het gebouw echt prachtig, bovendien werd de geleide tour onderbroken door acteurs die stukjes van de geschiedenis van het theater op ludieke manier uitbeeldden.  Erg leuk en interessant.  Naderhand gingen we eten in de Mercado del Puerto waarover we veel goeds gehoord hadden.  Wij verwachtten ons aan een echte mercado maar veel authenticiteit bleef er niet meer over:  De hele marktzaal was volgestouwd met te dure restaurantjes die bovendien ook nog eens slechte kwaliteit leverden.  Een beetje teleurgesteld over onze dure en niet lekkere maaltijd keerden we terug naar het hostel waar we onze zakken pakten en ons naar het busstation begaven. Daar namen we de bus naar Colonia de Sacramento, Uruguay, aan de andere kant van de Rio de la Plata dan Buenos Aires.  Aangekomen na drie uur wandelden we lange tijd met onze zware rugzakken rond door het stadje in de hoop een privekamer binnen ons budget te vinden.  Uiteindelijk gaven we de moed op en namen onze intrek in het eerste het beste hotel dat dormrooms vrij had.  Privacy zal voor BA zijn.

Zaterdag 12 juli wandelden we door het centrum van Colonia dat door UNESCO geklasseerd is.  Mede daardoor verwachtten wij ons aan iets vergelijkbaars met Parati, waardoor de verwachtingen iets te hoog gespannen waren.  Colonia is mooi, gezellig en aangenaam om in rond te kuieren maar niet zo mooi als Parati waar je dagen zonder verveling in de straten zou kunnen rondkuieren.  Gelukkig zat het weer (weeral) mee en aten we uitgebreid op een terrasje waar we naderhand lange tijd in de zon lazen (nog altijd winter...pffff  :-).  Daarna had Boske nood aan zijn dagelijkse siest en terwijl hij op een bankje sliep, las ik lange tijd.  s Avonds wilden we een laatste keer naar de film gaan maar aangekomen ontdekten we dat Uruguay blijkbaar het enige Zuid-Amerikaanse land is dat films dubt en niet ondertitelt en in Spaans sprekende Amerikanen hadden we nu echt even geen zin!  Dus keerden we terug naar het hostel waar we wat televisie keken en onze popcorn uit de bioscoop opaten.

Zondag 13 juli las ik de hele dag in de zon op de binnenplaats van ons hostel.  Boske deed hetzelfde en ging nog wat op internet.  Rond 3u s middags begaven we ons naar de haven waar we gedurende een uur file deden om op de boot naar Buenos Aires in te checken.  De boot was een supersnelle ferry die over het water leek te zweven (60km/u) en die ons in een uur tijd naar Buenos Aires bracht.  Daar namen we een taxi naar een hostel dat we sinds enkele weken gereserveerd hadden en vonden we voor het eerst in lange tijd de luxe van een eigen kamer terug.  Gesitueerd in het hartje van San Telmo, het Montmartre van BA vol antiekshops en leuke winkeltjes, gingen we de eerste avond meteen op zoek naar een leuk restaurantje en liepen we langs alle kraampjes van lokale kunstenaars.  Na een heel gezellige avond gingen we vrij vroeg slapen om ons al een beetje op de jetlag voor te bereiden.

Maandag 14 juli was helemaal gereserveerd voor het vergaren van hopen souvenirs en het bijeensprokkelen van alle lokale lekkernijen die we mee naar huis wilden nemen.  Van antiekmarkten naar souvenirswinkeltjes naar supergoedkope tweedehands kledingsshops,  aaaaaaah die goede oude tijd van lekker shoppen :-)  s Middags aten we de raarste pannenkoek ooit op de Plaza Dorrega, het hart van San Telmo.  Daarna lazen we nog hele tijd en probeerden we ons vliegtuigticket te bevestigen wat nog een heleboel onvoorziene problemen met zich meebracht.  Maar, vrees niet, we komen naar huis!  s Avonds amuseerden we ons met het fotograferen van al onze souvenirs en gingen we nog snel een extra tas kopen voor al onze extra spullen (k had nog enkele boeken gekocht, ik denk dat we er nu minstens tien mee terug nemen...).  Daarna trakteerde Boske mij op een geweldig lekker en luxueus restaurant voor onze laatste avond in Zuid-Amerika...

Dinsdag 15 juli is vandaag.  We pakten de zakken (zeer tijdrovend deze keer door alle nieuwe aankopen) en vertrokken dan een laatste keer de stad in om nog enkele laatste aankopen te doen en de blog in orde te maken.  Internet in BA is nog even slecht als acht maanden geleden (Boliviaans internet is er een droom naast) dus wat fotos betreft zullen we wel zien waar we geraken.  Jullie kunnen er alleszins enkele terugvinden in ons album "Zhis is zhe end" helemaal onderaan in de rij foto albums. Vanavond om 21u nemen we een vliegtuig naar Washington DC.  Daar blijven we tien uur, als we de luchthaven mogen verlaten gaan we ervan profiteren om Congress, Smithsonian en White House te bezoeken.  Donderdagochtend landen we om 7.25u in Zaventem.

Voila, dat was het dan, t gaat raar zijn wanneer ik in Belgie ben en me realiseer dat iedereen niet meer staat te springen om te weten wat ik de voorbije week gedaan heb :-).

Hopelijk hebben jullie wat kunnen meereizen en meegenieten van alles wat we meegemaakt hebben.  Zuid-Amerika is een fantastisch continent om te mogen ontdekken:  Zoveel varieteit, zoveel contrasten en zoveel fantastische mensen die ons steeds welkom deden voelen.   Wij hebben ongeloofelijk veel geleerd, niet alleen over de cultuur en geschiedenis van het continent maar vooral over onszelf en over de manier waarop we de wereld rondom ons zien.

Bedankt voor de reacties, de interesse, het meeleven.  En hopelijk tot de volgende keer!

Bonjour pour la derniere fois,

Ceci sera le dernier message sur ce blog car ce soir notre avion vers Washington DC decolle et apres un intervalle de 10h aux Etats-Unis (ou on espere pouvoir sortir de l'aeroport pour visiter la ville en vitesse) la derniere etape de ce voyage sera le vol de Washington Dulles Airport vers Zaventem ou on devrait atterir a 7h25. Ne pleurez pas, dans quelques annees vous pourrez lire les aventures de An et Quentin au Bresil, nos aventures entre Mexico city et Lima, nos aventures en Chine, au Tibet, entre Marrakech et Le Caire, ou encore d'autres destinations que meme Tintin n'a pas visitees. Avant de devenir tout a fait emotionnel pour cloturer ce blog je vais vous raconter ce qu'on a fait ces derniers jours.

Vendredi 11 juillet on fait une promenade dans le centre de Montevideo. On decouvre une ville sympa pleine de jolis batiments du 18e siecle et on regarde la mer dont on n'arrive pas a croire que c'est la meme qu'a Rio (Ou est l'eau bleue???). Ensuite on fait la visite guidee du Theatre Solis; non seulement le batiment est superbe mais en plus y'a quelques bouts de la visite qui sont joues par des acteurs ce qui rend la visite tres agreable tout en restant interessante. Apres un repas tres decevant dans le Mercado del Puerto on retourne a l'auberge pour prendre nos sacs et se diriger vers la gare de bus. Apres 3h de bus on arrive a Colonia del Sacramento qui se trouve en face de Buenos Aires, de l'autre cote de la Rio de la Plata. Apres une longue promenade avec ses enormes sacs sur notre dos on trouve enfin une auberge qui nous plait.

Samedi 12 juillet on va d'abord reserver nos tickets de bateau vers BA et apporter des vetements a la wasserette et ensuite on part a la decouverte du centre historique qui est classe par l'UNESCO. On s'attend a un truc semblant a Parati, mais c'est vraiment pas aussi beau. C'est sympa, calme, mignon, agreable et tout ca mais c'est pas tres beau on trouve. Heureusement que le soleil est au rdv et que la temperature est agreable pour s'installer quelques heures sur la terasse d'un resto. Apres le repas la sieste s'impose. Je dors sur un banc de la Plaza pendant que An lit et ensuite on fait un petit tour des boutiques attrape-touristes. Le soir on marche vers le cinema mais pour la premiere fois en amerique du sud les films sont doubles en espagnol donc on retourne decus a l'auberge avec quand meme un sachet de pop-corn. On reste donc gentiment dans l'auberge a lire, regarder la tele, etc...

Dimanche 13 juillet , exactement 8 mois apres notre depart. On passe la matinee a lire, passer le temps sur internet et faire une petite promenade dans le centre pour echanger nos pesos Urugauyens. Vers 2h on prend nos gros sacs vers le port ou apres tout un tralala pour mettre les cachets dans nos passeports on monte dans le bateau. 1h apres on est a Buenos Aires ou le type de la douane veut absolument que je vide mon sac pour voir le truc qui est tout a fait au fond. Il est tres sympa avec nous, mais il me fait quand meme raler. Je sais c'est son boulot. On prend un taxi vers notre derniere auberge et on s'installe dans la chambre. Ensuite on va se promener un peu dans le quartier et on mange dans un tres bon restaurant et on s'amuse bien.

Lundi 14 juillet c'est notre derniere journee entiere et on la consacre entierement a la collecte de souvenirs et a l'achats de tous les trucs locaux qu'on veut faire gouter en Belgique. On dine sur une plaza tres sympa, mais la crepe qu'on nous sert est tres bizarre. Ensuite on va essayer de confirmer notre vol mais c'est bien plus complique que ca ne parait et on se promene encore dans le marche local. Avant d'aller manger un dernier souper en Amerique du Sud An s'achete une grande saccoche dans laquelle on pourra mettre tout ce qui ne rentre pas dans nos sacs. On a achete pas mal de trucs en Amerique du Sud finalement et malgre qu'on ait jete plein de vetements a la poubelle pour faire de la place, les sacs sont trop petits. Dernier resto dans un tres joli decor: ils avaient un grand hangar et ils l'ont transforme en fausse rue, avec les facades des maisons contre le mur pour nous donner l'impression de manger sur la terasse. Tres sympa. Et le deuxieme meilleur morceau de viande (et enoooorme) que j'aurai mange dans ce pays (le meilleur etait le "baby beef" de 600gr a Mendoza).

Mardi 15 juillet c'est aujourd'hui. On fait nos sacs en pensant a vider nos baggages a mains de tous les couteaux, bouteilles d'eaux et autres recipient de plus de 100ml (les deux autres fois qu'on a pris l'avion on avait oublie ca et c'etait donc dans l'aeroport qu'on etallait notre bordel). On essaie meme de repartir tout ce qu'on a question de pas rentrer a la maison avec plus d'affaires a l'autre qu'a soi-meme. Apres ca on fait une longue marche pour essayer de trouver une barre de cacahuete avec du caramel: on en trouvait plein ici la fois passee qu'on etait a BA, mais maintenant c'est introuvable. Vous ne gouterez donc pas ce que c'est. On s'occupe de notre blog et tout de suite on va manger une pizza et l'aprem on va lire ou se promener. On verra bien. Ce n'est pas tres important de toute facon.

Mercredi on a 10h d'escale a Washington et si on peut sortir de l'aeroport on ira voir la maison blanche, le congres et le Smithsonian. Puis jeudi matin on devrait atterir a 7h25 a Zaventem. On espere qu'il fera au moins aussi beau pendant l'ete Belge que pendant l'hiver de BA. Et a part ca, ca fera bizarre de retrouver tout ce qui nous est familier et ca fera bizarre de ne pas se reveiller dans la meme chambre que An vendredi. Mais voila, le voyage est fini. On ajoute encore les photos de l'Uruguay a l'album Zhis is zhe end si la connection internet le permet...

C'etait un voyage fantastique et on espere que ce blog vous a permis de voyager un peu avec nous. L'Amerique du Sud est vraiment un continent qu'il faut decouvrir et il vaut mieux prendre son temps pour le faire. Il y a tellement de variete, de contrastes, de superbes decors naturels et de gens super acceuillants et on y a appris enormement a propos de l'histoire et la culture du continent, mais aussi et surtout on a appris a voir le monde differement, on a appris des choses a propos de nous memes et je crois meme que le but "officiel" de ce voyage est atteint: on sait deja mieux ce qu'on veut faire comme travail. On veut un travail qui nous donne beaucoup de satisfaction et la possibilite de partir chaque annee quelques mois en voyage :-)

Merci d'avoir lu le blog et a bientot.
snif

Publicité
11 juillet 2008

Bonjour tout le monde! Oh que la fin approche. Il

Bonjour tout le monde!

Oh que la fin approche.  Il ne nous reste plus que 5 jours en Amerique du sud maintenant et dans 7 jours on est a Zaventem... Ca parrait irreel de revoir famille, chambre, chien et tout ca dans si peu de temps. Depuis le dernier post on a passe une semaine fantastique dans l'etat de Rio de Janeiro. Je dis l'etat et pas la ville car on a passe moins de temps que prevu a Rio meme et on a ete decouvrir les alentours... Une chose est sure, on reviendra au Bresil car c'est superbe et on se sent tres fort en vacances.

Jeudi 3 juillet on a donc passe la journee a Parati, deja dans l'etat de Rio. Il faisait tres beau et on s'est promene toute la journee dans les petites rues pietonnes de ce petit bled sympa. Tout le centre est classe par l'UNESCO et c'est merite: les maisons font toutes 2 etages de haut et sont toutes blanches, a part les portes et les fenetres qui sont peintes en toutes les couleurs de l'arc en ciel. C'est tres agreable de s'y promener, meme si c'est assez touristique pour l'instant car il y a une fete un de ces jours et pleins de bresiliens viennent ici pour ca. Neanmoins les autres touristes ne sont pas du tout une nuisance et on profite bien de cette petite journee calme. L'apres-midi on fait une petite promenade en dehors du centre pour arriver a un fort ou a part la belle vue il n'y a rien a voir. Au passage on boit du lait de coco frais. C'est super bon et c'est introuvable chez nous. Le soir on ecrit le blog de Sao Paulo et puis on se couche tot en attendant de devoir se lever a une heure impossible car notre bus vers Rio part a 5h20


Vendredi 4 juillet on se "reveille" donc a 5h pour courrir vers le bus. An avait pris un somnifere mais moi je ne ferme pas l'oeuil de la nuit: notre chambre etait au dessus d'un cafe local ou les hurlements et la musique ne s'arretent qu'a 3h et a cause du climat local les fenetres sont inexistantes. Apres quelques heures dans le bus on arrive a Rio ou Amanda (une fille que An a appris a connaitre a Salamanca quand elle a ete y apprendre l'espagnol) et son pere viennent nous chercher. C'est genial d'avoir des locaux pour t'aider a trouver le chemin dans des grandes villes. Ca nous evite de devoir se promener avec nos grands sacs et l'etiquette "touriste perdu" sur la tete. Ils nous deposent a notre auberge ou je commence par faire une petite sieste. Ensuite, comme il ne fait pas tres beau, on prend le metro vers le centre de Rio ou les belles eglises et tout ca se trouvent. On se rend compte en se promenant la qu'on n'en a plus rien a foutre des eglises et autres batiments coloniaux: on en a deja vu des masses ces derniers mois et c'est pas pour ca qu'on est a Rio. On reprend le metro vers un parc pour s'y promener un peu. On decouvre des animaux tres mignons, les agoutis, qui sont partouts dans ce parc et on decouvre aussi des arbres tropicaux avec des enormes lianes. En rentrant on decide de se mettre sur la plage qui est a 100m de l'auberge (mais l'eau est trop poluee et il est interdit de s'y baigner). Les nuages sont partis et on voit le soleil se coucher avec vue sur le Pao de Azucar devant nous et le Corcovado avec Christo Redentor a son sommet derriere nous. C'est pour ca qu'on est venus a Rio... C'est vraiment superbe. Le soir on va au cinema et puis au lit assez tot.

Samedi 5 juillet on decouvre le seul facteur embetant du bresil: comme ce pays est assez cher on dort dans des dortoires plutot que des chambres privees. Malheureusement il n'y a pas moyen de dormir la dedans car toutes les 2 heures il y a bien l'un ou l'autre bourre qui rentre et se met a alumer la lumiere, parler, sortir 20 fois de son lit, etc. A part ca il fait assez nuageux ce matin donc on decide de ne pas aller sur le Pao de Azucar ou le Corcovado car il faut qu'il fasse tres beau pour pouvoir profiter de la vue au maximum. On va donc vers un autre parc a l'autre cote de la ville, le Parque Lage. Juste avant d'arriver on voit des petits singes qui sautent d'arbre a arbre en passant par les fils electriques. Nous, betes touristes, ca nous passione. Le parque meme est superbe aussi. A part la vegetation tropicale il y a une grande maison 18eme siecle, une grotte, un aquarium et aussi la vue sur le Christo Redentor qui est en haut de la falaise contre laquelle ce parque est installe. Apres ca on retourne sur la plage devant notre auberge pour une heure de sieste et vers 4h Amanda et son fiance, Angelo, viennent nous chercher pour nous amener au stade Maracana ou il y a un petit match de foot sans trop d'importance. Apres 2heures de file on avait abandonne l'espoir de pouvoir entrer, mais on parvient quand-meme a se trouver des tickets. Le probleme c'est que des gens avait commencer a trop pousser et depasser en faisant la file et don cla cavalerie (cad des policier sur chevaux) a du intervenir (cad matraquer tout ce qui bouge jusqu'a ce que ca se calme. Chez nous c'est "la police, votre ami", ici pas tellement). Enfin on entre donc dans ce stade enorme a temps pour voir la seconde mi-temps. Entre temps notre equipe, Flamengo, mene deja 2-0. D'ailleurs en faisant la file on entendait les cris du stade avant que le commentateur a la radio puisse commencer a crier goooooooooooooool. Donc seconde mi-temps dans un stade avec une capacite de 90 a 100.000 personnes. Comme on n'est que 50.000 ce soir le stade parait un peu vide par ci par la, mais ca ne manque pas d'ambiance. Ca chante et ca crie toute la soiree, quelques waves sont lances et tout le monde s'amuse bien. L'eruption du stade quand on marque encopre un goal est impressionante et lorsque 50.000 personnes chantent d'une seule voix An et moi on a la chair de poule. On passe une soiree geniale, meme An qui n'a pas regarde le foot une seule seconde.

Dimanche 6 juillet il fait enfin beau et n va donc diret sur le Pao de Azucar de ou la vue sur rio et les alentours est absolument magnifique. La plage de Copacabana, le Corcovado et son Christ, les grattes ciels du centre, la baie de Guanabara et les collines vertes, l'eau bleue et les plages qui s'etendent a perte de vue... Pas moyen d'exprimer cela, il faut le voir et croyez-moi ca vaut le ticket d'avion! L'apres-midi Amanda et Angelo viennent nous chercher car on va ensemble sur le Corcovado. On monte avec le train cremaillere pendant 1/2h pour arriver en haut ou on voit... absolument rien. On est dans un gros nuages, on ne voit meme pas les bras du Christ. En patientant assez longtemps on parvient quand meme a etre tres satisfaut de la vue. Le tout ne se revele jamais en complet mai sen se devoilant petit bout par petit bout le decor a son charme aussi. On a quand meme quelques superbes vues sur la lagune, les plages de Ipanema, Leblon et Copacabana, celle qui se trouve devant notre auberge avec le Pao de Azucar derriere, le centre, la baie avec le pont vers l'autre rive,... Apres ca nos copains Cariocas (c'est comme ca qu'on appele les gens de Rio) nous deposent a la gare de bus car on prend un bus de 3h vers Arraial do Cabo: c'est le petit bout qui depasse le plus loin dans l'ocean a 150km a l'Est de Rio. On y va juste un jour pour faire de la plongee car a ce qu'il parait c'est superbe. En arrivant dans ce bled de 40.000 habitants on se perd un peu et deux policiers finissent par nous conduire a notre auberge ou on apprend que la plongee ne sera pas ppssible pour demain car lundi les compagnies de plongee se reposent.

Lundi 7 juillet on se fait assez rapidement a l'idee qu'on devra attendre un jour pour plonger. En attendant on a donc rien d'autre a faire qu'aller faire passer le temps sur la plage. C'est l'hiver ici, amis je suis sur qu'on a eu du meilleur temps qu'en Belgique: plein soleil et 28º. Le matin on va a une superbe plage dans une baie ou le bleu de l'eau, le jaune du sable et le vert des collines forment ensemble la plus belle plage qu'on a deja vu. D'ailleurs, je ne sais pas de ou le drapeau Bresilien tient ses couleurs, mais je ne pense pas que ce soit une coincidence... On s'installe donc peinard a bronzer, nager, "snorkeller" (nager avec un masque et un tuba) et admiere deja quelques tres beaux poissons. L'apres-midi on va sur la plage de l'autre cote de la ville qui est moins belle, mais elle fait 45km de long et puis on peut voir le soleil se coucher sur l'ocean. PS dans exactement 10 jours on est a la maison.

Mardi 8 juillet on va plonger. Ils viennent nous chercher a 9h30, heure bresilienne, ca veut dire qu'a 10h30 on nou sappele pour dire que si on veut commencer plus vite la plongee on peut marcher vers le port. Soit. Ensuite An decouvre que son "instructeur" n'a que 12 plongees a son compte et n'est donc pas tres apte a etre guide. Soit. Apres ca, nouvelle decouverte: ils n'ont pas de palme a la bonne taille. Autant dire que quand elle saute dans l'eau elle n'est pas de bonne humeur. Moi j'attends sur le bateau que l'autre bapteme se passe. Entre temps je "discute" avec le capitaine du bateau mais comme il ne parle que portugais te mon portugais n'est pas encore au point c'est pas trop simple. Apres je vais un peu snorkeller et je vois deja quelques tres beaux poissons entre autre un long, fin jaune et bleu fluo. Quand An remonte elle tient une palme en main, mais elle est tres contente. Ca la rend toujours heureuse de plonger. L'apres-midi c'est mon tour de me faire baptiser. Y'a pleins de poissons superbes et une enorme etoile de mer jaune. Je suis aussi tres content quand je remonte et je me dis qu'il est temps que je fasse ma premiere etoile de plongee car entre temps c'est deja mon 6eme bapteme et j'en ai marre que quelqu'un me tienne la main en permanence. Quand An remonte elle de sa seconde plongee elle est hyper heureuse car elle a touchee une tortue... De retour dans le village on mange quelquechose et on prend le bus de retour vers Rio.

Mercredi 9 juillet on commence la journee par une visite guidee d'une favella. Arrive en jeep au pied du Favella le plus grand de Rio, 200.000 habitants, on monte sur des moto-taxi qui nous conduisent jusqu'au sommet de la colline de ou on redescendra a pied a travers le Favella. An et moi on s'attendait tous les deux a plus de pauvrete, car ce qu'on voit nous fait tres fort penser a la Bolivie. On se dit que El Alto c'est en fait un Favella de 1 million d'habitants. On recoit quelques infos a propos du systeme de justice et l'organisation generale des favelas mais on trouve que en general ca manque d'info, on est un peu decus de ce tour. Parcontre on a une superbe vue sur une des parties les plus riches de Rio et l'ocean et on voit aussi un type se trimballer avec une Kalashnikov (ou une autre mitraillete, qu'est-ce que j'en sais moi?) sur le dos. On se rend quand meme mieux du contraste entre riches et pauvres en voyant tout ceci... L'apres midi on fait rdv avec Amanda et Angelo sur la plage de Copacabana. On commence nous deux par une promenade le long de l'eau avec les yeux fixes sur le Pao et arrives au point de rdv on sinstalle et on profite du soleil. Les deux autres n'arrivent que 2h en retard lorsque le soleil a deja disparu derriere les batiments. Ils nous amenent a un mirador ou on boit une derniere noix de coco et puis on va manger une derniere fois ensemble. Apres avoir fait nos sacs on boit encore quelques caipirinhas et on se met au lit. Demain matin on se leve tot car a 6h30 ("heure europeenne hein, pas heure bresilienne") ils viennent nous chercher pour nous apporter a l'aeroport.

Jeudi 10 juillet a 6h30 precises ils sont devant la porte et ils nous deposent a l'aeroport ou on prend notre avion vers Montevideo avec changement d'avion a Porto Allegre. Pas grand chose a raconter donc. On arrive le soir a Montevideo ou quelqu'un de l'office du tourisme nous explique tout ce qu'on veut savoir en espagnol. Quel plaisir de retrouver un pays ou tout le monde parle une langue qu'on comprend. On s'installe dans notre auberge et on passe la soiree devant ces etranges petites boites eclairees (le flat screen n'est pas encore la norme ici) a essayer de vous conter nos aventures et de montrer nos photos.

Demain on se promenera ici a Montevideo et on prend le bus vers Colonia del Sacramento, juste en face de Buenos Aires. On traversera la Rio de Plata dimanche pour terminer notre boucle. Le prochain message sur ce blog sera le dernier et ce sera la fin d'un tres bon chapitre de notre vie. snif.

Hey allemaal,

hier zijn we weer, hoogstwaarschijnlijk voor de voorlaatste keer want binnen minder dan een week zitten wij thuis in de living (hetgeen absoluut onvoorstelbaar en ongeloofwaardig klinkt op dit moment...).

Momenteel zijn we aangebeland in Montevideo, de hoofdstad van Uruguay, waar we slechts een nacht verblijven eer we verder gaan naar Colonia del Sacramento.   Maar, as usual, beginnen bij het begin:

Vorige week woensdag namen we dus een bus van Sao Paolo naar Parati.

Donderdag besteedden we de hele dag aan het bezoeken van Parati, een absoluut schitterend stadje vol kleine witte huisjes met gekleurde ramen en deuren.  Het hele stadscentrum is beschermd door UNESCO en het is echt een parel van Portugees koloniale stijl (als iemand ooit in Oviedo in Portugal geweest mocht zijn, heel vergelijkbaar).  Het weer zat ons mee en hoewel de zon niet scheen konden we toch de hele dag in T shirt door het stadje kuieren.  Eigenlijk is dat ook het enige wat er in Parati te doen is, hoewel het er allemaal zo mooi uitzag dat het ons niet gestoord zou hebben er enkele dagen extra door te brengen.  We wandelden ook naar de overblijfselen van een oud fort vanwaar we een mooi (hoewel ietwat grijs) zicht van de baai en het haventje hadden.  Het hele stadje stond in rep en roer omdat er een lokaal feest aan de gang was.  Het centrum liep vol kinderen wat alleen maar bijdroeg aan de gezellige sfeer.  s Avonds aten we in een van de leuke restaurantjes die zelfs in de winter volop aan alle toeristen kateren.  s Avonds gingen we weer een rotnacht tegemoet want ons hotel in Parati bevond zich boven een bar waar men tot drie uur s nachts doorfeestten.  Onze bus naar Rio vertrok om vijf uur diezelfde nacht....

Vrijdagochtend om tien uur kwamen we aan in Rio waar Amanda (vriendin van Salamanca) en haar vader ons stonden op te wachten.  Zij brachten ons naar een leuk hostel in de Botafoga buurt vlakbij Copacabana maar gelukkig wat goedkoper.  Daarna spraken we af voor de volgende dag.  Boske ging meteen een lange siesta doen, ik begon alle informatie over Rio door te nemen en ging eten kopen.  Het weer zat echt tegen, zelfs Rio de Janeiro verliest veel van zijn charme wanneer het pijpestelen regent.  We besloten toch wat door het centrum te gaan wandelen, een buurt die aan de andere kant ligt dan de overbekende en luxueuze buurten Copacabana en Ipanema.  We vonden er weinig aan eigenlijk maar bleven wel een hele tijd in een klein stadspark dat naar ons gevoel een minijungle in de stad was vol bemoste kronkelbomen en lianen.  Ook zagen we er agoutis, een soort kruising tussen capibara en coati (wie kan nog volgen :-) die vreemd genoeg toch schattig was.  Bovendien hielden de beesten er een vreedzame relatie met ganzen en katten op na wat absoluut raar om te zien was.  Voor we terug gingen naar het hotel gingen we naar de zonsondergang op het strand kijken, het was nog vrij bewolkt maar toch al erg opgeklaard.  Met zicht op de Pao de Azucar (suikerbrood) en de Cristo Redentor voelden we ons voor het eerst echt in Rio.  We waren allebei heel erg moe maar ons hotel had een bar waar de muziek niet voor middernacht stil gezet werd.  Om ons bezig te houden (en omdat we absoluut niet in een humeur waren om sociaal te gaan doen) gingen we naar de cinema in het shoppingcenter naast de deur.  s Nachts werd ik lichtjes wanhopig omdat ik weer niet kon slapen, deze keer omdat er een of andere zatte aap de hele tijd in en uit mijn bed kroop.  (Om misverstanden te vermijden:  Ik heb het dus niet over Boske, we sliepen in stapelbedden in een dormroom....).

Zaterdagochtend geradbraakt opgestaan en gaan wandelen in Parque Lage, een groot stadspark niet te ver van ons hostel.  Behalve een erg mooi en tropisch park vonden we er onder andere een schitterend huis uit de 18e eeuw terug, een soort aquarium, een rare grot, een uitkijktoren etc. allemaal daterend van enkele eeuwen geleden en erg leuk om in rond te lopen.  Het weer was opgeklaard en we besloten om van de zon te genieten terwijl we ons slaapgebrek wegwerkten en legden ons een uurtje te slapen op het Botafogo strand (waar je trouwens niet mag zwemmen omdat het water zo vervuild is).  Om vier uur kwamen Amanda en haar vriend Angelo ons halen om naar een voetbalmatch in het befaamde Maracana stadion te gaan kijken, een van de grootste in de wereld.  Er was mij gezegd dat zelfs niet voetbal liefhebbers konden genieten van de waanzinnige sfeer en het immense stadium dus ik had er ook nog wel zin in.  Aangekomen bleken er echter massas mensen te zijn die allemaal stonden te wachten voor een ticket.  De sfeer was geweldig:  Muziek, dansende mensen, cocosnootverkopers en de typische Braziliaanse mensenmix.  Wij genoten maar rondom ons werd iedereen nerveus toen de match begon en er nog steeds hopen mensen zonder ticket zaten.  Iedereen begon te duwen en in Rio wordt daar dan de politie te paard op af gestuurd die er lustig op los klopt en pepperspray spuit.  Wij besloten wijselijk ergens anders een ticket te gaan zoeken en kochten er uiteindelijk een op straat dat gelukkig echt bleek te zijn.  Nog juist op tijd voor de tweede helft, genoten we van de waanzinnige sfeer.  Vijftigduizend mensen zongen samen, dansten samen, maakten samen muziek en lieten zich eeuwig herhalende waves door het half lege stadium gaan.  Geweldig!  Ik heb geen idee wat er op het veld gebeurde maar het publiek was fantastisch om naar te kijken!  Naderhand aten we iets samen met Amanda en Angelo en keerden terug naar het hostel.

Zondagochtend was het opnieuw schitterend weer en we profiteerden ervan om naar de top van de Pao de Azucar te gaan.  We vermijdden de kost van een eerste kabellift door het eerste deel naar boven te klauteren.  Na een hevige klim boven aangekomen nemen we de tweede kabellift tot aan de top.  Het zicht is ronduit adembenemend.  De stranden van Copacabana en Ipanema aan de ene kant, Cristo Redentor op de achtergrond en helblauw water zover het oog reikt.   Rio in al haar schoonheid.  De fotos spreken voor zich, sommige dingen zijn onbeschrijfelijk.  Naderhand namen we de kabellift weer tot halverwege en glibberden daarna het laatste deel naar beneden.  In de bomen zagen we aapjes ter grootte van eekhoorns die we de vorige dag ook al op de electriciteitskabels hadden zien klauteren.  Superschattig.  Naderhand spraken we af met Amanda en Angelo om naar de top van de Cristo Redentor te gaan bovenop Corcovado om ook daar van het uitzicht te genieten.  Spijtig genoeg zat het weer ons daar iets minder mee:  Hoewel de hele stad zonnig was, zat Christus met zijn hoofd in de wolken.  Na wat wachten klaarde het dan toch op en hadden we toch een mooi zicht van de stad en de Pao de Azucar.  Naderhand reden Amanda en Angelo ons naar het busstation waar Boske en ik de bus namen naar Arraial do CAbo, in de provincie van Rio op een drietal uur van de stad(vlakbij dus naar Braziliaanse normen).  Daar kwamen we rond tien uur aan en kregen van de lokale politie een lift naar ons hostel.

Maandag bleken we niet te kunnen duiken, de voornaamste reden dat we naar Arraial do Cabo gekomen waren.  Maar het weer was fantastisch en aangezien we op de plaats zaten met de mooiste stranden van Brazilie, besloten we de omgeving te gaan ontdekken.  Niemand had ons iets voorgelogen, we ontdekten de mooiste stranden die we ooit gezien hadden en brachten de dag al snorkelend en zonnend door in de Braziliaanse winter (28C).  Ook hier slechts een devies:  ´Bekijk de fotos.  There is a heaven and we found it...

Dinsdag vertrokken we dan toch met de boot om te gaan duiken.  Er bleek slechts een instructor aan boord te zijn en die ging zich bezig houden met de mensen die een doopduik deden (Boske en een andere man).  Toen ik vroeg wie er dan met mij en het andere gediplomeerde meisje ging duiken, bleek dat de kerel van ons hostel te zijn die 12 keer in zijn leven gedoken had...  (ik heb tegen de 70 keer gedoken) en die minder gediplomeerd was dan ik.  Nu is het een feit dat je als gediplomeerde duiker zonder instructor mag duiken maar dat wordt altijd afgeraden omdat je de lokale stromingen etc. niet kende.  Ik informeerde en orienteerde mij wat en had het gevoel dat het wel goed zou komen en dat ik de weg wel zou vinden.  Tot we onder water waren en ik ontdekte dat ik me daar bevond met twee mensen die absoluut niet konden duiken en als gekken op en neer vlogen en in het rondspartelden.  In eerste instantie voelde ik me op mijn ongemak omdat ik de enige met een rescue diploma was en het gevoel had dat dat zeer snel in de praktijk zou mogen brengen maar al snel kon het mij eerlijk gezegd geen bal meer schelen.  Als zij dachten dat ze konden duiken moesten ze dat maar doen.   Mijn verantwoordelijkheid was het niet, dat ze hun plan maar trokken en hopelijk konden ze goed zwemmen... t Was de eerste keer in zeer lange tijd dat ik nog eens echt dook en ik ging er van genieten en dat heb ik dan ook gedaan.  Schildpadden gezien en immense reuzensterren tijdens de eerste duik.  Tijdens de tweede duik zwom ik samen met een schildpad die zich liet aaien, super ervaring!   Het meisje is met bloedneus en zeer pijnlijke oren terug naar de oppervlakte gegaan en de kerel zat binnen het half uur zonder lucht maar ik heb echt enorm genoten :-)  Naderhand namen Boske en ik de bus terug naar Rio waar we s avonds aankwamen en na het eten en een coctail in het hotel ons bed in kropen.

Woensdag was dus onze laatste dag in Rio en s ochtends vertrokken we op favela tour.  In eerste instantie stonden we daar zeer wantrouwig tegenover en de kwaliteit van onze tour heeft mij persoonlijk niet echt overtuigd maar sociaal gezien zijn deze tours wel nuttig aangezien ze groot deel van hun inkomsten in sociale projecten binnen de favelas investeren.  Wij gingen naar Rocinho, de grootste favela van Rio met 200.000 inwoners en ook een van de oudste daterend van de jaren 30.  Boske en ik verwachtten ons aan houten hutjes met golfplaten daken maar dat bleek een verouderd concept te zijn.  Eigenlijk zien de favellas in Rio eruit zoals heel La Paz en Bolivie eruit zien.  Alleen is deze vorm van armoede in Bolivia eerder regel dan uitzondering en leven ze niet vlak langs de golfterreinen en zwembaden van de superrich zoals in Rio wel het geval is.  In die zin is het in Rio wel schrijnender.  Het leefniveau is vergelijkbaar met dat van de mensen waar wij mee in Arequipa werkten, de sociale structuur binnen de oudere favelas is wel veel sterker in Rio.  Ik had graag wat meer info. gehad over de sociale en historische context van de favelas maar de informatie was erg beperkt.  Ik heb gehoord van mensen dat er tours zijn die beter informeren wat voor mij toch wel essentieel is om het bezoek aan een favela boven het bezoek aan de zoo te doen uitsteken.  Hoewel voyeurisme waarschijnlijk ook deel uitmaakt het succes van de tours denk ik dat ze op lange termijn wel nuttig zijn aangezien ze mensen toch met hun neus op de feiten drukken en niemand kan ontkennen dat wij allemaal samen bijdragen aan het soort samenleving dat dit soort sociale toestanden in stand houdt, zoals Fred (waar we in Bolivia meer reisden) ook zegt op zijn blog (www.whereisfred.wordpress.com ).  De lokale bewoners staan trouwens positief ten opzichte van de bezoeken, maar al te blij dat mensen zien dat het merendeel van de mensen in de favellas gewone, hardwerkende mensen zijn.  Af en toe zie je eens iemand met een AK 47 ofzo en dan weet je dat je je fototoestel niet moet bovenhalen maar voor de rest kom je vooral erg vriendelijke mensen tegen. 
Na de tour gingen we naar het strand van Copacabana (jawel, favela en luxe strand op een dag, dat is Rio, very much "in your face") waar we met Amanda en Angelo afgesproken hadden.  Zij kwamen veel later aan en wij lagen nog te genieten van het laatste bikinimoment dat we in lange tijd zouden hebben.  Toen naar uitkijkpunt over baai Ipanema gereden voor zonsondergang en daarna samen iets gegeten eer we onze zakken pakten in het hostel. 

Donderdag (vandaag) stonden we om zes uur op en werden we opgepikt door A & A die zo vriendelijk waren om ons op dat onmenselijk uur naar het vliegveld te rijden.  Na afscheid te nemen van een superlieve maar oh zo emotionele Amanda begonnen we aan onze lange vliegdag:  Om 9.40u vlucht naar Puerto Allegre waar we enkele uren moesten wachten eer we door kondern vliegen naar Montevideo.  Daar kwamen we rond half vijf s middags aan en rond zes uur zaten we in ons hotel.  Nu brengen we dus de blog in orde en morgen gaan we een dag de stad verkennen eer we doorgaan naar Colonia de Sacramento aan de andere kant van de Rio de la Plata dan Buenos Aires.  Zondag gaan we naar BA met de boot vanuit Colonia en dinsdagavond vertrekken we naar Belgie waar we donderdagochtend rond 7.30u aankomen.  In de tussentijd moeten we nog 13u in Washington DC doorbrengen en we hopen uit de luchthaven te mogen om de stad te kunnen verkennen!   We laten nog iets weten voor we terugkeren !  Ciao en geniet van de fotos!

4 juillet 2008

Sao Paulo

Hey allemaal,

Hier alles weer erg goed, we zitten momenteel in Parati, het liefelijkste stadje ooit, ergens halfweg tussen Sao Paulo en Rio de Janeiro. 

Vrijdag 27 juni namen we rond 16u de bus richting SP na een onvermeldenswaardige ochtend gevuld met zakken pakken, internetten en lezen.  Gezellige busrit, veel gebabbeld samen.

Zaterdagochtend kwamen we vrij uitgeslapen aan in SP waar Melina (die paar jaar geleden enkele maanden bij Boske thuis logeerde in het kader van een uitwisselingsprogramma) ons opwachtte en naar haar appartement reed.  Zij en haar broer Caio wonen in het centrum van SP in een erg leuk appartementje met geweldig zicht op de duizenden wolkenkrabbers die SP rijk is.   Boske en ik kregen Caios kamer en bovendien bleken er een binnen- en buitenzwembad en een fitnesszaal aan het appartementscomplex vast te zitten wat tot gevolg had dat Boske en ik ons meer op luxe hotel dan op trek met de rugzak voelden.  We genoten met volle teugen van het gevoel in een ¨thuis¨ te zijn, ook al was het dan niet de onze.   Na ontbeten te hebben en lange tijd gebabbeld te hebben, wandelden we met Mel naar het vlakbij gelegen shoppingcenter waar we veel informatie over lokale cultuur etc van haar kregen.  Naderhand gingen we samen een lokale specialiteit eten waar ik de naam absoluut niet meer van weet.  Portugees is echt geen Spaans, hoewel we ondertussen al vrij bedreven zijn in ¨Portugnol¨, een mix van beiden die door de Brazilianen bijna altijd begrepen wordt!  Naderhand profiteerde ik van het zalige zwembad met zicht op wolkenkrabbers terwijl Boske zijn dagelijkse siesta deed.  Daarna keken we naar wat afleveringen van Friends, werd er pizza besteld en kwamen er enkele vrienden aan waarmee we later naar een Samba-Rock club gingen om de verjaardag van Mel te vieren.  Erg gezellig, met live band en al, de sfeer zat er echt in!  Op het einde van de avond voelde ik me wat ziekjes en keerden we terug om te gaan slapen.  Op de terugweg ontdekten we trouwens dat je in SP legaal door het rood licht mag rijden na middernacht omdat het risico op carjacking anders te groot is....

Zondag 29 juni kwam niemand voor de middag uit zijn bed, en ook toen was het enkel om te ontdekken dat het schitterend weer was en om van ons bed naar een ligbed aan het zwembad te verhuizen.  Zalig, de Braziliaanse winter is echt wel een feest!  Rond een uur of drie gingen we een tourtje met Mel in de auto doen en reden we naar Santo Andre, vlak naast SP (wel, alles is relatief in een stad van bijna 20 miljoen mensen natuurlijk...) waar we iets aten terwijl we naar de finale van Euro 2008 keken (Mel en Boske waren beiden enthousiast, ik keek verlangend uit het raam...).  Daarna vertrokken we naar het appartement (bon, groter dan mijn huis, niet echt wat ik mij voorstelde bij een appartement dus) van Mel en Caios ouders waar er een familiefeest voor Mels verjaardag gehouden werd.  Bleek erg gezellig te zijn, iedereen was supervriendelijk en geinteresseerd en ons Portugees ging er met rasse schreden op vooruit.  Bovendien ontdekten we lokale lekkernijen zoals Brigadeiros (in hagelslag gerolde balletjes gemaakt van gecondenseerde melk) en cocostaart.  Wij genoten van de huiselijke sfeer die we al zo lang moeten missen en babbelden (probeerden) met iedereen.  Naderhand keerden we terug naar SP waar we nog wat napraatten en gingen slapen aangezien Mel en Caio de volgende dag moesten werken.

Maandag 30 juni stonden we er dus alleen voor en besloten we een klein deeltje van deze geschift grote stad (ongeveer 70km in diameter) met zijn miljoenenbevolking te gaan ontdekken.  Een busrit en enkele metroritten later stonden we op Praça da Se, kloppend hart van SP met grote kathedraal.  We begonnen ons een weg te banen tussen de vele mensen en wandelden met ons hoofd in onze nek tussen de vele buildings.  De gelijkenissen met New York waren niet te missen hoewel het natuurlijk een armere versie is met hopen straatkinderen en clochards die je confronteren met de ongelijke manier waarop geld hier verdeeld is.  We wilden op het dak van het BANESCO gebouw kruipen maar daar bleek je een paspoort voor nodig te hebben en wij lopen nooit met geld of documenten rond dus dat zou voor de volgende dag zijn.  We wandelden tussen de hoge buildings heen richting Liberdade, de Japanse buurt van SP.  Dit jaar werd de 100jaar immigratie van die gemeenschap in SP gevierd.  Hier vind je de grootste gemeenschap Japanners buiten Japan terug wat een hoop erg leuke winkeltjes met zich meebrengt en -hoera- de laagste sushi prijzen wereldwijd!  Wij profiteren daar onmiddellijk van en eten ¨sushi voor twee¨ voor de zeer schappelijke prijs van tien euro. (Bon, voor de rest gaan we hier in Brazilie failliet aangezien alles tien keer zo duur is als in Bolivia en toch nog twee keer zo duur als in Argentinie.  Maar we hebben toch maar hopen sushi gegeten he :-).  Naderhand lopen we richting Avenida Paulista, de grote economische ader van SP en Brazilie waar 25 procent van al het geld dat in Brazilie circuleert doorheenkomt. Hektisch, hektisch en zeer hoog NYC gehalte!  Na hopen metros terug lopen we nog even door het shoppingcenter waar ik meteen twee paar Havaianas koop (de voorouder van de slippers en hier oh zo goedkoop) eer we terugkeren naar het appartement.  Daar gaan we nog wat zwemmen en kruipen we in de jacuzzi (oh ja, er is ook nog een jacuzzi....) eer we met Mel en Caio tot middernacht babbelen. 

Dinsdag 1 juli krijgt Caio telefoon dat hij niet moet gaan werken en hij beslist dus gids te spelen wat erg nuttig blijkt te zijn in het Portugeessprekende en overdrukke SP.  We gaan eerst naar het busstation (het grootste van Zuid-Amerika, Heathrow luchthaven is er niks bij) en nemen daarna weer hopen metros om in het centrum te geraken.  We gaan samen met Caio naar het beursgebouw waar we vanachter glas hopen bezwete mannen in kostuum met telefoontjes in de hand zien staan stampvoeten en gillen en schreeuwen.  Daartussen lopen hopen groene en rode mannetjes die alle aankopen en verkopen registreren.  En overal flikkeren er grote schermen met honderdduizenden cijfertjes.  Was erg indrukwekkend en leuk om te zien.  Daarna naar BANESCO waar we na lange file toch naar boven mochten om te genieten van het fantastische zicht over de hele stad.  Leek wel honderden keren Manhattan naast elkaar, hoge buildings zover het oog reikt.  Vervolgens naar de Mercado Municipal gegaan waar we superlekkere lokale specialiteiten aten zoals Pastel de Bakeljauw en Sandwich de Mortadella, een soort met vis gevulde loempia en een sandwich met de grootste hoeveelheid vlees ooit.  Naderhand liepen we nog wat rond en ontdekten fruitsoorten die we niet kenden en waarvan we dachten dat het lokale specialiteiten waren. Niet dus, na veel proeven en laten inpakken van fruit bleken we meer dan 50 euro te moeten betalen voor 12 vruchten die geimporteerd te bleken zijn uit Azie en Colombie.  Toen we gegeneerd weigerden was de verkoper niet echt goedgezind maar ja, weten wij veel, ze hebben hier de raarste dingen zoals maracuja en chirimoya en verse cocos etc. en dat kost allemaal niets....  Dus buiten op straat voor 2 reales een verse cocos noot gekocht die we met een rietje leegslurpten eer we ons begaven naar het DOPS museum dat de wreedheden begaan door DOPS (Departamento de Ordem Politico e Social) onder de verschillende militaire regimes in Brazilie belicht.  Interessant en aangrijpend.  De laatste stop die dag is de Pinacoteca, een heel mooi museum met onder andere enkele sculpturen van Rodin.  Spijtig genoeg zijn we al erg moe van de hele dag rondlopen en houden we het snel voor bekeken.  Een uur nadat we terug op het appartement aankwamen, komt Melina ook terug van haar werk en vertrekken we samen naar een zalig sushi restaurant waar we hebben afgesproken met Adriana die ik ken van Salamanca.  Het werd een heel lekkere en gezellige avond waarna we van iedereen afscheid namen eer we in bed kropen.

Woensdag 2 juli nemen we rond 9u de bus naar het metrostation.  Enkele metroritten later staan we weer in het grootste busstation van Zuid-Amerika vanwaar we de bus naar Parati nemen.  We hebben alletwee te weinig geslapen, het weer zit tegen en we geraken niet in slaap in de bus aangezien we naast een stinkend toilet en boven een loeihete motor zitten.  Jawel, het was een rotdag in alle mogelijke opzichten, vooral toen het al donker bleek te zijn tegen de tijd dat we aankwamen en het ons veel tijd kostte om een kamer te vinden die niet en afzichtelijk en superduur was.  We aten iets, wat vrij gezellig was maar s avonds bleken de onderburen feest te houden en het was drie uur s nachts eer ze daar mee ophielden en ik in slaap viel.  Er zijn zo van die dagen.......

Ondanks het gebrek aan slaap was vandaag, donderdag, een heel aangename en fijne dag in een schitterend historisch en natuurlijk kader waar we allebei erg van genoten.  De rest van de uitleg krijgen jullie binnen enkele dagen, samen met een eerste indruk van Rio.

Tot de volgende!

Bonjour cher blog,

On est donc au Bresil depuis 1 semaine et on a deja quelques notions de Portugais. En fait l'espagnol et le portugais sont tres proches l'un de l'autre et en parlant portugnol (Cest comme le neerlandais allemandise de Jean-Marie Pfaff par exemple) on se fait assez bien comprendre et quand les bresiliens parlent lentement et articulent bien on comprend aussi. Pas encore au point d'ajouter le portugais dans mes langues connues sur mon CV, mais on se debrouille... A part apprendre le Portugais voici ce qu'on a fait les derniers jours:

Vendredi 27 on a fait nos sacs en triple vitesse pour etre sortis de la chambre a temps et en suite on a ete sur internet vu que la promenade prevue etait tombee a l'eau a cause de la drache. A 4h notre bus pour Sao Paulo part, il fait noir tres tot et il n'y avait pas de film donc on fait passer le temps avec des betes petits jeux... Je dors mal, pas comme An qui a eu l'intelligence de prendre un somnifere.

Samedi 28 notre bus arrive a 8h30 a SP. Melina, qui avait habitee chez nous 4 mois dans le cadre d'un programme d'echange, vient nous chercher a la gare de bus. C'est genial car cette ville est immense et on aurait aucune idee de ou comencer a chercher pour trouver une auberge ou par ou commencer a visiter la ville, etc. Ca fait aussi bizarre de la revoir apres 5 ans a l'autre bout du monde et on est etonne d'entendre comme apres tout ce temps son francais est encore impeccable. J'espere que mon espagnol sera un jour aussi bon et que j'arriverai a maintenir le niveau. Elle nous amene a l'appartement ou elle habite avec Caio, son frere, qui avait aussi passe 1 an en Wallonie (PS.1 C'est marrant d'entendre un bresilien parler francais avec un accent wallon)(PS.2 chouette, on va pouvoir parler francais avec des autres gens pendant 4 jours). Apres le petit dejeuner on va a l'enorme shopping ou ils ont tout, meme des Jules Destrooper et du Nutella. On remarque directement que le Bresil est quand meme un pays nettement plus riche que le reste du continent. Apres ca on (cad "je") va faire une petite sieste et apres ca on discute, on va nager (Au rez de chaussee de ces deux grandes tours d'apparts il y a piscine interieure et exterieure, sauna, jacuzzi, fitness et bain turc en commun pour les 800 personnes qui y habitent. Etonnement toutes ces facilitees sont souvent vides). Le soir la copine de Caio et une copine de Mel arrivent. On se marre bien, on fait des Caipirinhas et des autres bonnes boissons dont j'ai oublie le nom et en suite on va dans un club de salsa-rock pour feter l'annif de Mel. Petit mais sympa, la musique live est tres chouette. En rentrant on apprend que apres minuit il ne faut pas s'arreter au feu rouge a SP depuis quelques annees: le risque de car jacking est trop grand.   

Dimanche 29 on ne se leve pas trop tot, mais une fois qu'on est debout, quelle activite!!! On va nager et puis secher au soleil. Puis on retourne nager et on reessaie de secher. Apres 2 heures a se reposer la on part avec Mel en direction de sa famille qui habite a l'autre bout de SP 70km plus loin (oui oui, pour foutre 16 millions de personnes dans une ville il faut qu'elle fasse 70km de diametre et partout partout les batiments doivent faire une dixaine d'etages. Impressionant!) et au passage on admire cette enorme ville. On va diner avec Mel dans un petit resto en regardant l'Espagne gagner l'Euro (quel plaisir) et ensuite on va a l'appartement de ses parents. Tout le monde habite dans des apparts a SP, question de gagner de la place, mais ca ne veut pas dire que c'est petit. L'appart est tres beau et la famille de Mel tres sympa. On ne parle pas portugais mais le portugnol nous permait d'avoir quelques conversation sympas. L'anglais avec les copines de Mel qui sont la et l'allemand (pour An; moi je me debrouille avec mon "Jean-Marie Pfaff-duits")avec le tonton autrichien. On decouvre plein de bonnes choses bresiliennes a manger et on profite de l'ambiance familiale qui nous manque souvent ici. C'est pas notre famille mais finalement les fetes de famille c'est sympa et ca se ressemble partout sur terre...

Lundi 30 on se leve plus tot cette fois et on part a 2 a la decouverte de la ville. Mel et Caio travaillent tous les deux et donc on doit se debrouiller. On prend le bus et le metro pour arriver au centre et on est frutres lorsqu'on ne peut pas monter dans la grande tour de SP pour profiter de la vue, on a oublie nos papiers... Ensuite on va voir la bourse ou on s'attend a voir des gens hysterique secouer les bras pour vendre ou acheter, mais non, tout est informatise de nos jours et y' rien a voir a part un film en portugais a la gloire de la bourse de SP. Apres ca on va dans le quartier Japonais car c'est ici a SP qu'il y a la plus grande communaute de japonais en dehors du Japon. C'est fou comme en traversant une rue on arrive effectivement tout d'un coup dans un quartier plein de japonais comme s'ils se promenaient tous dans leur quartier et qu'ils faisaient demi-tour juste avant d'en sortir. Pleins de magasins qui vendent pleins de trucs japonais et on mange des delicieux Sushis. Ensuite on marche vers et sur la Avenida Paulista, c'est l'avenue principale de la ville ou toutes les banques et les grosses compagnies ont leur siege social. 25pc des transactions qui se deroulent au bresil passent par cette avenue (et SP prend 50pc du PNB bresilien pour son compte d'ailleurs). Gratte-ciel apres gratte-ciel, ca ressemble tres fort a NY mais en plus pauvre: il y a quand meme beaucoup de clochards et de vendeurs en rue et il y a aussi des favelas autour de la ville qui rapellent comme la richesse du pays est mal repartie. Apres un tour sur cette enorme avenue on reprend le metro vers l'appart. On constate denouveau comme le Bresil est un melting pot: il y a vraiment du noir de noir au blanc roux et toute la gamme d ecouleur de peau entre les deux. Il parait que les passeports bresiliens valent le plus sur le marche noir grace a ca. Le soir on discute avec Mel et Caio, on va nager et s'allonger dans le jaccuzi.

Mardi 1er juillet plus que 17 jours et on est a la maison, ca fait vraiment tres court deja. Caio n'a pas cours car il avait examen hier soir et son patron l'appelle pour dire qu'il ne doit pas venir travailler non plus (Au Bresil tous ceux qui etudient travaillent deja aussi, ils sont souvent occupes de 8h du mat a 10-11h du soir...) et il propose alors de nous accompagner en ville aujourd'hui. On commence la journee par un petit arret au terminal de bus pour reserver nos tickets vers Parati entre SP et Rio et apres ca on retourne a la grande tour avec nos papiers cette fois. Trop de file on decide d'aller faire un petit tour a la BM&F, la bourse des futures, en attendant. On decouvre tous les gars qu'on voulait voir hier. Ils secouent les bras, ils transpirent deja tres fort, leur cravatte est deja detachee et leur chemise a moitiee en dehors du pantalon. Il est 11h du mat et on sait ce qu'on ne veut pas faire comme travail plus tard :-) Caio nous traduit ce qu'un type explique et on croit qu'on comprend meme un peu le but du jeu. Apres ca on monte sur le BANESPA, un des plus hauts batiments de la ville et on admire le superbe paysage. C'est vraiment majestueux de voir des batiments de 10-20 etages a perte de vue. Ensuite on va au Mercado Municipal ou Caio nosu recommande des specialites locales qui sont delicieuses (le sandwich de Mortadella dans lequel ils fourrent 200grammes de viande et le Pastei de Bacalhau, miam). En faisant un tour au marche on veut acheter quelques fruits qui sont pour nous exotiques mais qu'on estime etre locaux, quand le type nous presente une note de 70$ pour 12 fruits on se barre sans rien acheter et on se contente d'une noix de coco bien fraiche qui contient 1l d'eau de coco. C'est delicieux, rafraichissant et vraiment local ca: 1$ la noix de coco. Ensuite on se dirige vers l'ancien DOPS, Departamento de Ordem Politico e Social, la police qui controlait la population pendant les differentes dictatures Bresiliennes. Maintenant c'est un petit musee qui explique toutes les horeurs commises; interessant et choquant. Apres ca on va a la Pinacoteca qui est un superbe musee plein de belles pieces de entre autre Rodin, mais on est tous deja fatigues et on n'y reste pas tres longtemps. On retourne a l'appartement ou An appelle Adriana, une fille qu'elle avait rencontree pendant son mois de cours d'espagnol a Salamanca et on fait rdv pour manger. On va avec Mel, Caio et Adriana dans un restaurant ou ils nous apportent des delicieux sushis a volonte. On discute beaucoup, on rigole bien, on mange bien. Bref on passe une tres bonne derniere soiree a SP. En rentrant on dit au revoir a Mel et Caio car le lendemain matin ils se levent a 6h pour aller travailler et nous on prend le bus a 11h. C'etait genial de passer quelques jours ici a SP et ce n'est pas en petite partie grace aux gens avec qui on les a passes. Ils etaient super sympa, tres acceuillants et ils nous ont beaucoup aides a trouver notre chemin a SP.

Mercredi 2 juillet on prend 1 bus et 2 metros pour arriver a la plus grande gare de l'amerique du sud et on prend le bus vers Parati. On est a cote d'une toilette puante, au dessus d'un moteur super chaud et donc pas moyen de dormir. On arrive assez tard a Parati et pour le temps qu'on trouve une chambre qui n'est pas beaucoup trop cher il fait deja noir. On se promene un peu a Parati et ca a l'air tres sympa, mais ca vous le decouvrirez lors de notre prochain message sur le blog car il est deja 22h15 ici on doit encore faire nos sacs et le bus vers Rio part a 5h20. La meteo prevoit d'ailleurs du beau temps a Rio ce qui me met de tres bonne humeur.

2 juillet 2008

Photos Sao Paulo

On vient dajouter les photos de nos quelques jours a Sao Paulo dans lalbum Brazil. Le texte suivra dans quelques jours...

We hebben net de fotos van ons verblijf in Sao Paulo aan het album Brazil toegevoegd. Uitleg volgt binnen enkele dagen...

26 juin 2008

Itaipu + Iguazu

Hey allemaal,                                              P1080066

Nieuwe fotos in album "Salta+Paraguay" en in album "Brazil".  Voor degenen die Facebook hebben:  Ook daar hopen nieuwe fotos!

Vorige vrijdag maakten we de blog in orde en in de namiddag deed Boske een lange wandeling terwijl ik wat lees en schreef in de kamer. s Avonds keken we naar "The Untouchables" en profiteerden zo dus een laatste keer van de TV eer we vertrokken.

Zaterdag 21 juni stonden we om 6u op en namen de bus tot aan het busstation van waaruit we weer een andere bus richting Ciudad del Este namen.  Rond 13u kwamen we aan in Ciudad del Este waar we ontdekten dat alles overpriced was en we ons dus in een erg armzalig hotelkamertje installeerden.  Ciudad del Este is smokkelland, het is moeilijk een supermarkt zonder electronica te vinden en zelfs bij de kapper verkopen ze gsms of Ipods.  Niet de meest aangename omgeving maar we waren hier naartoe gekomen om de Itaipu dam te bezoeken, de grootste dam ter wereld na de Drie Kloven Dam in China.  Itaipu heeft 18 turbines die 90procent van alle energie voor Paraguay leveren en 20 procent van alle energie die Brazilie verbruikt. Het bezoek was superinteressant, heel veel uitleg gekregen en zowel van buitenaf als van binnenin een kijkje kunnen nemen.  Dat de dam het land voor eeuwenlang in de schulden gestoken heeft en de Sete Cataratas verzopen heeft, watervallen die groter waren dan Itaipu, dat zeggen ze er natuurlijk niet bij.  Maar nu hebben ze natuurlijk wel groene waterenergie dus we kunnen hopen dat dat wat compenseert...

We bleven in de namiddag ter plaatse want s avonds zou er een lichtspectacel plaatsvinden.  Dat bleek wat overdreven dus in eerste instantie wat teleurgesteld, maar de verlichting van de dam was toch wel monumentaal te noemen.

Zondag 22 juni zouden we vroeg opstaan om een park in de buurt te bezoeken maar na een vreselijk slechte nacht besloten we tot 9u in ons bed te blijven liggen en daarna uitgebreid te gaan ontbijten in het hotel aan de overkant van de straat (dat we niet konden betalen maar het ontbijt kon er gelukkig wel juist vanaf :-).  Daarna wandelden we met rugzak en al naar het migratie kantoor waar we de benodigde stempels kregen en de grens overwandelden via de Puente de la Amistad (vriendschapsbrug).  Aan de andere kant van de grens bevonden we ons in Foc do Iguacu in Brazilie.  Daar wachten we op een bus naar het centrum vanwaar we weer een andere bus namen naar het internationale busstation waar we een bus naar Sao Paulo boekten, overtuigd dat dat goedkoper zou zijn dan vanuit Argentinie.  Daarna namen we weer een bus terug naar het centrum vanwaar we weer een andere bus naar de grens met Argentinie namen die doorreed terwijl we onze paspoorten lieten stempelen waardoor we moesten wachten op nog een andere bus om ons naar het centrum van Puerto Iguazu te brengen.  Volgen jullie nog?  Groot was dan ook onze frustratie toen we na dat heel circus in Puerto Iguazu aankwamen en zagen dat de bussen naar Sao Paulo niet alleen vanuit het busstation naast ons hotel vertrokken maar dat ze ook nog een heel stuk goedkoper waren.  Grrrr, en vrijdag moeten we dus weer helemaal de grens over om in Foc onze bus te nemen terwijl we dat dus goedkoper naast de deur hadden kunnen doen.  Soit, Puerto Iguazu is een klein plaatsje van 30.000 inwoners wat het een stuk leefbaarder maakt dan het grote Foc aan de andere kant van de grens dat 300.000 inwoners rijk is .  De Iguazu watervallen waar we hier voor gekomen zijn liggen deels op Argentijns en deels op Braziliaans grondgebied en wij gingen dan ook de twee kanten bezoeken.

Maandag 23 juni stonden we om 7.30u op om vroeg de bus naar de Argentijnse zijde van het park te nemen.  Eerst wandelden we via het Circuito Superior bovenop de watervallen wat ons een schitterend zicht gaf.  Daarna wandelden we langs het Circuito Inferior richting Isla San Martin.  Het Circuito Inferior bracht ons tot vlakbij de watervallen wat regelmatig een douche met zich meebracht.  Storen deed het echter niet want we hadden veel geluk doordat het weer fantastisch was:  Door de zon en het opspattende water zagen we overal regenbogen,ongeloofelijk.  Ook waren er heel veel vlinders aanwezig, wat ook echt mooi om naar te kijken was.  Onderaan het Circuito Inferior namen we een bootje naar Isla San Martin, een eiland in de rivier de Iguazu waar je letterlijk je neus in de waterval kan steken.  Iguazu Falls zijn de tweede grootste watervallen ter wereld, na Victoria Falls maar groter dan de Niagara Falls. Over een afstand van 2.7km zie je niets dan watervallen. En ze zijn absoluut schitterend om naar te kijken, en te kijken, en te blijven kijken.  Een hele hoop water bij elkaar was onze conclusie, en we namen een bootje terug naar het vasteland waar we hopen trappen opliepen om terug boven te geraken.  Na de lunch lagen we een hele tijd te genieten van de zon eer we ons met een treintje richting "La garganta del diablo" (De keel van de duivel) begaven.  Dat is een U-vormige waterval, aan drie zijdes kolkt het water van de wanden.  Na nog een kilometer wandelen kwamen we aan, hoewel we de waterval al lang op voorhand hoorden razen.  Heel impressionant, we stonden lange tijd vol bewondering in dat gapende,kolkende gat te kijken eer we terug gingen en de bus naar huis namen.  t Was echt een zalige dag, spijtig genoeg zijn watervallen moeilijk te beschrijven, de fotos doen ze meer eer aan, hoewel ook die de realiteit jammerlijk tekort doen.

Dinsdag 24 juni was het de beurt aan de Braziliaanse kant van de watervallen.  Aan deze kant is er slechts een wandeling en die is veel korter maar geeft wel een schitterend overzicht op de watervallen die bijna allemaal op Argentijns grondgebied lagen.  Het weer was ons deze keer minder gunstig gezind: De lucht was grijs en bewolkt hoewel het niet koud was.  De Braziliaanse kant bleek absoluut schitterend te zijn, je kwam veel minder dicht bij de watervallen maar het zicht was prachting.  Het feit dat het grijs was stoorde ons helemaal niet, het had geregend en er was plots nog veel meer water wat het geheel nog indrukwekkender maakte. Alles dampte en stoomde bovendien dat het een lieve lust was, erg mooi om naar te kijken.  We wandelden hele tijd langs de watervallen en kregen op het einde nog een serieuze douche te verwerken toen we over een soort brug tussen de watervallen liepen.  Daarna aten we iets en gingen we naar een Tropische Vogels Park wat te duur bleek maar gelukkig hadden ze ook wat beesten buitenstaan dus namen we toch wat fotos :-)  We begonnen ons te realiseren dat Brazilie een pijnlijke zaak voor het budget ging worden!

Woensdag lagen we tot de middag in ons bed, t weer was toch slecht en bovendien hadden we allebei absoluut geen behoefte om iets nuttigs te gaan doen.  Daarna aten we iets, kochten we een ijsje en keken we hoe Duitsland won van Turkije. s Avonds trakteerden we onszelf op een lekker restaurantje aangezien we dat in Brazilie niet meer kunnen betalen.  Twee flessen Syrah en een hele hoop barbecue later liepen we zeer vrolijk terug naar het hotel waar we heel snel in slaap vielen.

Donderdag werden we met een lichte kater wakker, bleven weer lang in ons bed liggen en besloten toen jullie allemaal op de hoogte te brengen van onze "avonturen".  Bij deze is dat dus gebeurd en vanmiddag gaan we waarschijnlijk weer naar de voetbal kijken en lezen etc. 

Morgen nemen we een bus naar Sao Paulo waar we bij Mel gaan logeren, een meisje dat een half jaar bij Boske zijn familie verbleef in het kader van een uitwisselingsprogramma.  En binnen drie weken komen we naar huis, geloven wie het geloven kan, wij kunnen het ons alleszins helemaal niet voorstellen!  Ciao!!!

Bonjour chers lecteurs,

Nouvelles photos dans albums "Salta+Paraguay" et "Brazil".  Pour ceux d'entre vous qui ont Facebook:  On vient de mettre plein de photos sur le Facebook de An...

ca fait 1 semaine qu'on s'est amuse a ecrire pour vous, donc il est temps d'y travailler encore un peu. Cette derniere semaine on a ete a Ciudad del Este pour voir le barrage d'Itaipu, ensuite on a ete a Puerto Iguazu en passant par le Bresil. Comme on est a la frontiere entre le Paraguay, le Bresil et l'Argentine on croise souvent des frontieres ici et en 7 jours on a collectes 8 cachets dans nos passeports. Voici comment on a fait.

Vendredi 20 on avait donc ajourne le blog et l'apres-midi j'ai ete faire une promenade sympa dans un parc de la ville pendant que An s'occupait dans la chambre a lire et ecrire. Rien d'exceptionnel, c'etait juste tres agreable de se promener la et de regarder les gens, la belle vue sur le couche de soleil et des chiens de rues jouer. Je n'avais pas l'appareil photo sur moi et d'ailleurs si je l'avais eu je ne pense pas que je l'aurai sorti car le parc etait en fait le jardin de tous les gens qui habitent dans le bidonville... Le soir on a fait nos sacs et regarde "The Untouchables" a la tele.

Samedi 21 on se leve a 6h et on prend le bus vers Ciudad del Este, a l'Est du Paraguay a la frontiere avec le Bresil et l'Argentine. Apres avoir trouve une chambre crade et mange des trucs chinois/japonais on a pris le bus vers Itaipu. Itaipu c'est l'endroit ou les Bresiliens et les Paraguayens ont construits ensemble le plus grand barrage du monde. Il a une capacite installee de 14.000MW. En comparaison, les centrales nucleaires de Doel et Tihange ont une capacite de 3.000MW chacune (d'apres Thomas qui travaille a Tihange et qui m'a donne un cours rapide d'energie pour que je comprenne ce que le guide avait explique...). Le barrage a 18 turbines qui produisent 90pc de l'energie consommee au Paraguay et 25pc de l'energie consommee au Bresil. La visite guidee nous amenait d'abord a un mirador pour avoir une belle vue sur tout le barrage, ensuite dans le barrage pour voir des turbines et puis en haut du barrage pour voir l'enorme lac. La visite etait super interessante et le barrage tres impressionant. On passe le reste de l'apres-midi sur place a faire passer le temps car le soir il y a un spectacle de lumieres sur le barrage. Le spectacle etait un peu decevant dans la mesure ou c'etait juste des spots qui eclairent le barrage, pas vraiment un spectacle donc, mais c'etait monumental.

Dimanche 22 on se leve bien plus tard que prevu car on a tous les deux tres mal dormi. On prend le petit dejeuner dans l'hotel chique de l'autre cote de la rue et on marche vers la douane Paraguayenne. Apres ca on traverse le pont vers le Bresil et on s'occupe des formalites douanieres Bresiliennes. Ensuite on prend un bus vers le terminal longue distance de Foz do Igaucu pour acheter notre ticket de bus vers Sao Paulo. Suivi d'un bus vers le terminal local de Foz et de la bus vers la frontiere Bresilienne avec l'Argentine. La on attend le prochain bus vers l'Argentine, formalites douanieres Argentines et enfin arrivee au terminal de Puerto Igauzu en Argentine. Arrive la on decouvre qu'il y a quand meme des bus de ici vers Sao Paulo et donc tout notre detour vers le terminal longue distance de Foz etait inutile. On a perdu des masses de temps dans tous ces bus et le ticket de Puerto Iguazi a SP serait en plus nettement moins cher. On rale on rale on rale. On mange un petit truc en regardant les Espagnols battre les Italiens. Ca me mets deja de meilleure humeur de voir ca...

Lundi 23 on regarde dehors et on voit qu'il fait beau. On decide donc d'aller directement aux cascades d'Igauzu cote Argentin, car apparement c'est nettement plus beau quand il y a du soleil. On arrive a 9h au Parque Nacional Iguazu et on commence par faire le circuito superior: promenade en haut des cascades. Ensuite on fait le circuito inferior qui nous donne des jolies vues d'ensemble sur la partie droite des cascades et on peut aussi aller jusque juste en dessous des cascades, ca mouille. Au passage on croise un groupe de coatis qui n'ont pas du tout peur des gens, au contraire ils viennent se frotter a nos jambes en esperant recevoir a manger (d'ailleurs sur la photo du coati, devinez si An est amoureuse ou si elle a tres tres peur: ils ont des enormes griffes et parfois ils deviennent agressifs il parait). Apres ca on va sur Isla San Martin de ou on est tout pres d'une grosse cascade au dessus de nous et une autre en dessous de nous (le point rouge sur une des photos est un bonhomme qui est sur l'ile...). Apres le repas on se couche au soleil pendant une bonne demi heure a profiter du soleil et ensuite on va a la Garganta del Diablo (la gorge du diable) qui est une enorme cascade en forme de U, il y a tellement d'eau qui tombe vers en bas qu'on ne voit pas le fond car il y a un gros nuage permanent. C'etait une journee tres agreable et on a vu plein de trucs superbes. Ya pas grand chose a dire a propos des cascades, il faut les voir!

Mardi 24 il ne fait pas trop mauvais et on decide donc d'aller voir le cote Bresilien des cascades. Ca dure nettement plus longtemps d'y arriver car il faut passer les postes de frontiere et changer de bus et en plus le prix a tres fort augmente par rapport a ce que disait notre guide. On n'est donc pas de la meilleure humeur en commencant la promenade mais quelques gentils coatis changent ca en vitesse, ils sont quand meme tres mignons et marrant ces animaux. En se promenant du cote Bresilien on a des superbes vue d'ensemble sur les cascades mais il n'y a pas moyen de s'approcher autant que du cote argentin. On ne sait pas quel cote on prefere, on est d'avis qu'il faut absolument voir les deux cotes... Apres les cascades ont voulait aller voir le parc des oiseaux mais c'etait un peu trop cher pour nous donc on s'est contentes de prendre une photo des autruches qu'on sait voir de dehors et ensuite on a pris le bus vers la frontiere, douane, rebus, redouane, rerebus, arrivee a Puerto Iguazu, repos.

Mercredi 25 on se leve vers midi apres une grasse mat bien meritee. An a ete appeler ses parents et apres ca on part a la recherche d'un cafe qui montre la demi finale de l'Euro 2008. Recherche ratee, mais on a trouve des bonnes glaces et puis on s'est souvenus aussi qu'il y a une tele dans l'auberge... On regarde donc les Allemands battre les Turcs et tout le monde rale car a cause de problemes techniques on rate 2 goals. Soit. Le soir on va se faire un delicieux resto: mini bbq pour deux avec deux bouteilles de syrah de Mendoza. On s'amuse bien et les viandes sont excellentes. Le vin aussi d'ailleurs. J'adore l'Argentine, mais heureusement que je n'y habite pas car je ne survivrai pas longtemps. On va dormir serieusement pompet.

Jeudi 26 on se leve vers midi avec un leger mal de tete et on vous met immediatement au courant de la semaine passee. Au programme cette apres-midi: Espagne-Russie. Ben oui, c'est pas parce qu'on est en Amerique du Sud qu'on ne peut pas regarder l'Euro hein, surtout que hier et aujourd'hui on n'avait pas vraiment mieux a faire. Et comme ce continent est fou de foot ils suivent l'euro passionement. D'ailleurs en faisant quelques courses ce matin on a remarque deux argentins qui discutaient avec ferveur de l'Allemagne-Turquie d'hier...

Demain on prend le bus vers Sao Paulo ou on restera quelques jours. On entrera donc vraiment au Bresil. Ca ne m'amuse pas tellement d'aller dans un pays ou les gens ne parlent pas espagnol; ca fait 7 mois que je m'entraine et maintenant je ne vais pas pouvoir employer ca pendant un petit temps nondidju. A la prochaine!

Publicité
20 juin 2008

Asuncion-Paraguay

Nieuwe fotos in album "Salta + Paraguay", we proberen er nog wat op te laden in de toekomst...

Hey allemaal, hier zijn we weer!

Onze Paraguayaanse avonturen lopen alweer op hun einde, tijd voor een update dus!

Vorige vrijdag (de 13de, jawel, ik hoop dat bij iedereen alles zo goed verliep als bij ons :-) namen we in de late namiddag een bus van Salta richting Clorinda, een klein dorpje aan de Argentijns-Paraguayaanse grens.  We reden de volledige nacht en kwamen s ochtends rond een uur of tien aan in Clorinda.  Na de opdringerige taxi chauffeurs van ons lijf te hebben gehouden, namen we een hobbelig lokaal busje richting de grens.  Dit deel van Argentinie is erg arm, de verschillen met Paraguay zijn klein.  De lucht was grijs en de omgeving groen, dampend, tropisch.  Wat een verschil met het droge Salta, dit deed ons erg terugdenken aan Rurre en onze Boliviaanse jungle weken.  De busrit was hobbelig, lokale bussen zijn niet te vergelijken met de luxueuze lange afstand versies.  Al snel zat de bus vol met mensen die van de markt terugkwamen beladen met mandenvol groenten, fruit en eieren.  Was mooi om naar te kijken.  Aangekomen aan de grens liepen we een tijdje over een modderige weg tot we aan de brug kwamen die de officiele grens met Paraguay vormt.  Aan de andere kant doorliepen we probleemloos alle formaliteiten en wisselden we geld bij een straatwisselaar.  "Het meest corrupte land buiten Afrika" bleek ons tot dan toe goed gezind.  Toen namen we weer een rammelbus met vriendelijke mensen die ons tot in Asuncion moest brengen.  Na een dik uur door een arm land met veel water en nog meer palmbomen kwamen we aan in de hoofdstad waar we nog een keer van bus moesten veranderen eer we uiteindelijk in het centrum en in een lokaal hotelletje belandden.  In de namiddag verkenden we onze buurt en aten we in de foodcourt van de lokale supermarkt.

Zondag 15 juni lazen we de hele voormiddag in ons bed (Zaaaalig!).  Daarna namen we een bus naar een groot shoppingcenter juist buiten het centrum want de hele stad is op zondag niet alleen dood maar ook nog eens onveilig.  In et shoppingcenter was iedereen compleet voetbalgek want Paraguay speelde tegen Brazilie.  Iedereen die denkt te weten wat voetbalgekte betekent maar nog niet in Zuid-Amerika geweest is, heeft in werkelijkheid geen idee.  Mensen van alle leeftijden gaan gekleed in de landskleuren, lachen en vloeken dat het een lieve lust is en brullen zich de ziel uit het lijf wanneer er gescoord wordt.  Het hele centrum denderde op zijn grondvesten elke keer dat Paraguay scoorde en toen ze gewonnen waren werd iedereen helemaal gek.  Tot lang na we terugwaren in ons hotel kwamen alle autos toeterend voorbij en het was een echte taak een auto te ontdekken die niet ergens een vlag of versiersel had hangen.  De stad lag lam, het centrum zat plots bomvol feestvierders en het feestje ging nog een hele tijd vrolijk door met vuurwerk en al.  En mocht iemand zich afvragen of ze nu een of andere Cup of zo gewonnen hadden dan is het antwoord nee, dit was slechts een kwalificatiematch.... We deden die dag dus niet veel anders dan mensen kijken en wat shoppen.  Oh en ik kocht hakken schoenen en was zo blij dat ik er meteen het shoppingcenter mee uitliep en ze niet meer uit wilde doen.  Ik vertrek nooit meer ergens naartoe zonder hakken, t is ronduit deprimerend!

Maandag 16 juni liepen we de hele dag van hot naar her zonder ook maar iets te doen van wat we wilden doen.  We liepen naar de Koreaanse buurt om Koreaans te eten maar de hele buurt bleek verdwenen (razzias?, volksverhuizing?, we geraken er maar niet uit...).  Later namen we een bus naar een museum enkel om te ontdekken dat het gesloten was (Boske ging de openingsuren checken...).  Na wat in de lokale speeltuin rondgehangen te hebben, namen we de bus terug en keken daarna gewoon TV.

Dindsdag vertrokken we met hernieuwed moed:  Het was zonnig lenteweer (hoewel de lokale bevolking duidelijk koud leed en de dikke winterjassen, handschoenen en mutsen bovenhaalde.  Het moet een 23C geweest zijn..... Tja, t is winter voor die mensen he!) en we vertokken om een wandeltour door de stad te doen met de gids in de hand.  Verschillende musea en enkele erg mooie gebouwen, veel kultuur op een dag dus hoewel er niets spectaculairs te zien was.  Het enige wat echt memorabel was (en hallucinant vooral) was het zicht op de sloppenwijken, slechts door een ballustrade van de rest van de stad gescheiden.  We wandelden op een mooi plein toen schoolkinderen in uniform ons kwamen waarschuwen dat we niet verder dan de ballustrade mochten gaan.  Wij dachten dat je vanaf de ballustrade gewoon een mooi zicht op de baai en de rivier zou hebben maar hadden niet gezien dat er tussen de ballustrade en de baai nog plaats was voor een immense sloppenwijk.  Langs de ballustrade stond overal politie om de rijke mensen te beschermen.   Vanuit het luxueuze museum had je zicht op de sloppenwijken. Iedereen vond het blijkbaar normaal maar wij hadden tijdens de lunch een zeer slechte smaak in de mond.  Shoquant.

Woensdag bleek de bioscoop aan halve prijs en daar profiteerden we dan ook meteen van.  Vlak voor de film draaiden ze een promotiefilmpje tegen corruptie en smokkelen van illegale waar, wat wij wel grappig vonden.  De rest van de dag deden we niet veel memorabel.

Donderdag namen we de bus rond 10u sochtends richting bus terminal.  Alleszins dat was de bedoeling want na een uur stonden we nog aan de bushalte te wachten op een bus die normaal gezien om de twee minuten langskomt.  Oh verrassing, er waren manifestaties aan de gang die de halve stad platlegden.  Zuid-Amerika is het land van de betogingen, wegblokkades en manifestaties, ongeloofelijk! Fin bon, ze hebben natuurlijk ook wel genoeg dingen om tegen te manifesteren...  Alleszins, na een uur een taxi genome die veel te duur naar onze zin was (zes euro lijkt weinig maar naar Zuid-Amerikaanse normen is het absurd veel en we leven nu eenmaal "on a budget").  In de busterminal regelde we ons ticket naar Ciudad del Este voor komende zaterdag en namen daarna een lokale bus naar San Bernardino "het Saint-Tropez van de Asuncionse elite".  Na anderhalf uur kwamen we behoorlijk door elkaar geschud aan in San Ber, wat even veel op Saint-Tropez lijkt als..... bon, ik vind geen goede vergelijking maar t leek er alleszins absoluut niet op.  t Was wel erg leuk en rustig, het weer was zwoel en warm en de palmbomen waren niet te tellen.  De straatjes lagen vol klinkers, er waren veel restaurantjes maar alles was toe want het is hier winter en dus laagseizoen (als ze dit weer aan de Belgische kust hebben is iedereen dolgelukkig...).  We vonden echter een klein restaurantje dat gerunned werd door een gepensionneerd Frans koppel waar we zelf pannekoeken mochten maken en er heerlijke sauzen bij kregen.  Supergezellig.  We genoten van de rust van San Bernardino na het hektische gedoe in miljoenenstad Asuncion.  We wandelden naar het meer waar we een pedalo huurden om te ontdekken dat we de enige op het immense meer waren en dat alles doodstil was. Wel, zo lang we niet peddelden alleszins want onze peddalo was een vooroorlogse roestbak die ons nog serieuze beenkrampen bezorgde toen we terug moesten keren (lees: tegen de stroom ingaan...).  Na nog wat op de plaza informatie over Brazilie gelezen te hebben, namen we de bus terug naar Asuncion.  Het was zalig om de enige toeristen te zijn in heel San Ber, de rust en de natuur waren zalig.  Het transport bleek ons die dag niet goed gezind want in plaats van terug naar de busterminal te keren, nam onze bus een hele route en dankzij onze opmerkzaamheid kwamen we daar ongeveer 20km buiten de stad pas achter...  In the middle of nowhere langs grote verkeersader een hele tijd wanhopig op zoek in het donker.  Iedereen die we om raad vroegen gaf ons andere instructies, welcome to South America.... Uiteindelijk toch een bus gevonden die met grote omweg naar het centrum ging en na ook daar nog eens een uur op te hebben gezeten kwamen we na drie uur hobbelen dan toch in ons hotel aan.

Vandaag maken we de blog in orde en in de namiddag gaan we het museum del Barro bezoeken dat vorige maandag gesloten bleek. 

Morgen nemen we een bus naar Ciudad del Este, zoals de naam zegt in het Oosten van het land op de grens met Brazilie.  Daar gaan we de Itaipu dam bezoeken, de tweede grootste ter wereld na de Drie Kloven Dam in China.  Zondag of maandag nemen we dan een bus naar Iguazu, naar de schitterende watervallen die op de grens tussen Argentinie en Brazilie liggen.  Voila, dat was het weer, tot de volgende!

Bonjour tout le monde,

depuis le dernier message on a pris un bus vers la capitale du Paraguay et on est restes la une semaine. Voici ce qu'on y a fait.

Vendredi 13 Cette date n'annonce rien de bon mais on n'a pas eu de problemes. Apres une matinee sur internet et un bon petit repas on va chercher nos sacs et on monte dans le bus qui devrait nous amener en 14heures a Clorinda. En cours de route on a pu observer des jolis decors remplis de palmiers qui se refletent dans la petite couche d'eau qui recouvre le sol. Samedi matin on prend un petit bus local de Clorinda a la frontiere qu'on traverse a pied et sans problemes. On est content de ne pas avoir de problemes a la frontiere car le Paraguay est connu comme le pays le plus corrompu en dehors de l'Afrique... De la frontiere bus local vers le centre de Asuncion ou j'achete directement un drapeau du Paraguay (les eliminatoires pour la coupe du monde 2010 sont occupes ici et a chaque carrefour quelqu'un vend des drapeaux du Paraguay). Ensuite on se trouve une petite chambre d'hotel bien sympa avec salle de bain et television...

Dimanche 15 on decouvre que la ville est vide: dimanche tout tout tout est ferme. On va donc passer la journee au seul truc qui est ouvert: le shopping center. A l'etage avec tous les restos qui vendent de la bonne bouffe au kilo on mange un bon truc et on se promene l'apres-midi dans ce shopping. On decouvre que ce pays et fou de foot. A 4h le match contre le bresil commence et les masses de teles dans tout le shopping montrent ce match. Rien que quand les joueurs montent sur le terrain tout le monde applaudi, quand ils marquent un goal contre le bresil ils hurlent tous comme des dechaines. Quand ils gagnent 2-0 contre le bresil, la ville est bouchee, tout le monde roule en claxonnant avec des drapeaux Paraguayens jusque tard dans la nuit...

Lundi 16 on commence par apporter nos vetements a la wasserette apres avoir lu et planifie quelques trucs au cours de la matinee. Ensuite on part a la recherche des restaurants coreens, qui sont supposes etre regroupes autour d'une certaine rue. On n'a encore jamais mange coreen et ce mini Korea-town nous intrigue... Apres une promenade bien plus longue que prevue on se dit que tous les coreens ont du demenager dans les deux dernieres annees car a part une clinique avec des inscriptions qui d'apres nous etaient coreenes on n'a rien vu. On va donc manger dans un resto normal, cad buffet pour quelques milliers de guaranies par kilo (le guarani est la monnaie du Paraguay). L'apres-midi on prend le bus vers le Museo del Barro qui est suppose etre le plus beau de la ville. Malheureusement le musee est fermee; j'avais regarde les heures d'ouvertures dans le guide, mais je n'avais pas fait attention au jours d'ouverture... Ca arrive hein ce genre de betises. Enfin, on s'installe quelques temps au soleil dans le petit parc en face du musee et ensuite on retourne a l'hotel. Journee decevante.

Mardi 17 on decide de faire une bonne promenade en ville en passant par tous les beaux batiments. Il fait bon, 20ºC et y'a meme un petit soleil tres agreable, mais c'est l'hiver ici. D'ailleurs ca se voit: la plupart des locaux portent des grosses vestes, on en voit meme plusieurs avec un bonnet ou des gants. Bon ici l'ete c'est 40ºC, donc par rapport a ca 20ºC c'est frais mais quand-meme... Enfin, on passe par la casa de la libertad, la maison de la culture, le grand theatre, le senat et le palais gouvernemental. Tous de beaux batiments mais pas grand chose de memorable a part le "mur"... En arrivant sur une des plazas principales une bande d'ecoliers viennent vers nous en nous disant qu'on ne doit pas aller vers la riviere parce qu'il y a des voleurs la-bas. OK, c'est note. On regarde vers la riviere et on voit le bord de la plaza avec un petit muret et derriere on voit du vert et puis la riviere. On se dit qu'il doit y avoir un parc ou quelquechose dans le genre. En s'approchant du muret on decouvre qu'il y a pas mal de policiers tout au long du muret. Et en s'approchant encore on decouvre pourquoi: derriere le muret, un peu plus bas que les belles plazas et les beaux batiments il y a le bidonville qui s'etend vers la riviere. C'est vraiment choquant de voir comme le centre de pouvoir et de richesse est separe des pauvres par un petit muret et beaucoup de policiers. On ne s'y attendait pas et ca nous degoute vraiment. Je pense d'ailleurs que c'est l'image qui definira Asuncion dans notre tete... Le midi on mange chez un resto vegetarien qui sert aussi du poulet(!?) ensuite on s'assied au soleil et puis on fait un petit tour dans un musee. Apres ca on va chercher nos vetements a la wasserette et on va sur internet.

Mercredi 18 on a prevu d'aller au shopping: j'ai besoin d'un nouveau pantalon, la bouffe y est bonne et en plus le cinema est a moitie prix les mercredis. Une des publicites avant le film etait d'ailleurs pour la nouvelle unite anti-trafic, dotee de materiel et d'armes modernes. C'est assez etrange de voir une pub dans le genre et on se dit que c'est la premiere fois qu'on est confrontes avec la corruption et la contrefacon au Paraguay... Pendant le film on entendra jusque dans la salle de cinema les cris de joies lorsque le paraguay marque un goal contre la Bolivie. La Bolivie a d'ailleurs gagne 4-2 contre le Paraguay, malgre que la bolivie etait derniere et le paraguay premier dans le classement.

Jeudi 19 on a prevu une petite journee a San Bernardino. C'est le St-Tropez local ou tous les riches vont se reposer. On part avec une 1h30 de retard car des manifestations en ville font que pleins de bus ne roulent pas et apres avoir attendu tres longtemps on decide de prendre un taxi vers le terminal de bus de ou on a un bus vers San Ber. Arrive dans ce bled on decouvre effectivement le calme, c'est genial. On mange dans un bon petit resto tenu par une francaise. On se prepare nos propre crepes et on recoit plein de trucs delicieux a mettre dessus. Ensuite on va vers le lac et on loue un pedalo de merde pour 1/2h de calme sur le lac, ensuite on se fait transpirer pour retourner a temps sur le rivage: le courant nous avait amene plus loin que prevu et cette merde de pedalo est indirigeable... Apres ca on se repose sur la plaza en profitant de la chaleur et on reprend le bus vers Asuncion. On attend d'arriver au terminal de ou on prendra un bus local vers l'hotel, mais apparement ce bus-ci ne va pas au terminal. En decouvrant ca on sort le plus vite possible du bus et on se retrouve quelquepart, mais aucune idee de ou... On demande a plein de gens comment on peut arriver au centre, mais on recoit chaque fois une reponse differente. Finalement on voit un bus dont on pense que ce sera le bon et le chauffeur confirme qu'il nous amenera a notre hotel. 1h plus tard on arrive et on s'installe devant notre petit ecran.

Vendredi 20 on va sur internet pour s'occuper de notre blog et le reste de la journee on va probablement faire nos sacs et se promener un peu en ville. Demain matin on prend le bus vers Ciudad del Este, a la frontiere avec l'Argentine et le Bresil de ou on ira voir le barrage de Itaipu qui est le plus grand au monde. Mais ce sera pour la prochaine fois tout ca....   

13 juin 2008

Zuid-West Bolivie/ Sud-Ouest de la Bolivie

Bonjour tout le monde,

apres quelques jours a Salta, ou il fait bien trop froid a notre gout, il est temps de vous mettre au courant de ce qu'on a vecu depuis notre arrivee a Uyuni qui est une petite ville froide et tres triste qui carbure au tourisme... Apres une bonne grande pizza on se couche en dessous de plein plein de draps et notre sac a couchage tout en portant nos fleece et autres sous-vetements thermiques

Mardi 3 juin on se leve de bonne heure pour notre tour organise du sud-ouest de la Bolivie. On decouvrira par apres que "organise" n'est pas le mot adequat. Devant nous une jeep pourrie, sans chauffage, avec 4 Israeliens et notre guide (une fois de plus on peut se demander si le mot "guide" est adequat) alors que nous on suit dans la jeep bien plus confortable de Fred et Bob. Premier arret au cimetiere de trains: comme le mot le dit bien c'est un endroit ou toutes des vieilles carcasses de trains a vapeur sont entrain de pourrir. Ces trains etaient employes jusque dans les annees 60 pour relier les mines de Potosi et Uyuni avec la cote Chileenne. En suite on se dirige vers la salar (je ne sais pas si on dit le ou la salar, donc je ne vais pas etre coherent... excusez-moi) de Uyuni. Juste avant la salar meme on s'arrete dans un petit bled ou un type nous explique comment ils transforment le sel du salar en sel de table de facon prehistorique. Interessant. Ensuite on entre sur la salar. C'est tout a fait epoustoufflant, c'est tout blanc, ca creve les yeux du blanc a perte de vue... On se rend compte comme c'est enorme en roulant dedans pendant plus de deux heures sans avoir l'impression de bouger. Petite anecdote: la jeepqu'on suit se met a vasciller de gauche a droite et on va rouler a cote pour voir ce qu'il se passe. On ne croit pas nos yeux en voyant ca: le chauffeur/guide/cretin dort. Il y a quelques semaines il y avait eu une collision frontale dans la salar et en roulant dedans on se demandait coment c'etait possible vu que c'est tellement immense et que c'est pas tres dur de devier a gauche ou a droite, mais la on comprend. Deux chauffeurs fatigues et un peu de mal chance suffisent pour creer un accident. On est tres content d'etre dans la voiture de Fred... On s'arrete pour un petit repas sur l'ile Inca Huasi. En fait la salar est le restant d'une tres ancienne mer interieure qui allait de la salar au lac Titicaca, puis le niveau a baisse et il y a juste le lac Titicaca et quelques plus petits lacs qui sont restes mouilles, alors que la Salar de Uyuni et quelques autres salars sont deseches. La salar de uyuni a entre 2 et 20m de profondeur de sel, mais par ci par la des anciennes barrieres de corail forment a present des "iles" au milieu de la salar. Bref on s'arrete la pour manger, pour prendre des photos marrantes qui defient la perspective, pour admirer quelques grands cactus et surtout pour se rendre compte comme cette salar est immense (1/4 de la Belgique a peu pres). Ensuite on se remet en route et le soir on arrive dans un petit village ou on est suppose dormir dans un hotel de sel. Toutes les jeeps sont arretees un peu plus haut que le village, dans un hotel qui a l'air assez confortable mais nous pas. Nous on est dans une maison en argile ou 2 des 5 murs sont de sel et ou il y a du sel par terre. Pas contents. On dort une nuit de plus dans un froid impossible...

Mercredi 4 juin on se reveille a l'heure a laquelle le guide nous a demande de nous lever pour decouvrir que lui se leve 1/2h trop tard. On part donc avec 30min de retard aussi. On passe la matinee a rouler dans des decors superbes. Des vastes plaines a 4000m de hauteur entourees de majestueux volcans. On s'arrete brevement au mirador Ollague de ou on a une belle vue sur volcan Ollague (-Et les autres montagnes, elles s'appelent comment, monsieur le guide? -Jsais pas, c'est au Chili... -Desole de vous avoir derange). En reprend la route jusqu'a la premiere de 5 lagunes. Chacune de ces lagunes est a moitiee gelee, mais l'eau est surtout tres grosse: a cause de tous les mineraux et le sel qu'il y a dedans l'eau reste liquide jusqu'a -60ºC !!! On s'y arrete pour manger et pendant le repas pleins de renards s'approchent. Ils ont deja compris que les touristesadorent leur lancer de la nourriture et en etant patients il y a presque moyen de les toucher... Genial. Apres le repas on se remet en route en passant par quelques lagunes couvertes de flamants roses (et pas les tapettes du nord du pays comme j'avais dit la fois passe, merci Thomas). On s'arrete un bref instant aussi a l'arbre de pierre pour prendre des photos de ce bel exemple d'erosion et notre dernier arret de la journee c'est la laguna colorada: une lagune qui est rouge comme du sang a cause des mineraux. Apres un petit repas tardif je fais la betises de boire 3 tasses de the et un verre de coca. Ce sera suffisant pour me garder reveille pendant plus de la moitie de cette courte nuit caillante (il fait -30ªC dehors et on n'a pas de chauffage ni d'isolation) a 4300m de hauteur. Je tousse toute la nuit comme un tuberculoseux...

Jeudi 5 juin on se reveille a 4h30 pour...  attendre notre guide pendant 1h! Il commence a faire des trucs d'entretient qu'il aurait du faire hier soir comme tous les autres guides. On part enfin a 6h dans le noir a suivre une jeep qui n'a bien sur pas de phares arrieres et qui en plus decide de foncer comme un malade pour arriver bien tot au poste de frontiere ou on doit enregistrer la voiture de Fred vu qu'elle va passer la frontiere. Tout un cinema a ce poste ou on commence par sortir les officiers de leur lit, vu que la frontiere n'ouvre qu'a 8h30. L'officier refuse d'abord de travailler avant cette heure, notre guide est deja pret a partir sans nous. Finalement apres qu'on ait fait comprendre a l'officier que c'est lui le chef (il aime ca) il devient tres sympa et nous regle tous nos papiers. Au passage, le poste de frontiere est a 5000m de hauteur, cad qu'on a enfin depasse les 4800m qu'on avait deja atteints quelques fois! Bon on remonte dans la jeep en admirant la couleur des montagnes lors du lever de soleil. Et puis on arrive a une zone a grande activite geo-thermique. En Francais ca veut dire: plein de fumee qui sort du sol, des geysers donc. La moindre imprudence peut resulter en de graves brulures. On adore les geysers. C'est vraiment impressionant a voir. 1/2h plus loin on s'arrete a des bains thermaux pour le dejeuner. Certains sont dans l'eau bien chaude, mais nous on se sent deja assez mal comme ca, pas besoin d'agraver les choses en se deshabillant dans du -10ºC pour se mettre dans de l'eau chaude. On roule encore une bonne heure dans un decor que Dali est probablement venu mettre en scene lui meme et vers 9h on est a Laguna Verde a la frontiere avec le Chili de ou notre guide retourne a Uyuni alors que nous on s'incruste au Chili. La route de la frontiere a San Pedro de Atacama est assez impressionante: ca descend de 2000m en 40min de route pour terminer dans le desert le plus aride du monde. San Pedro de Atacama (SPdA dans le futur) est un petit village hyper touristique ou tout est trop cher. On decide de ne pas rester trop longtemps ici, on va immediatement notre bus pour le lendemain. On passe l'aprem a tourner en rond, aller sur internet, je fais une sieste. Le soir on va au resto ou on se fait inviter par Fred et Bob. Ce sera nottament notre derniere soiree ensemble: demain ils vont a Arica, au Chili, nous a Salta en Argentine. C'est dommage qu'on doit les quitter, ils ont rendu notre aventure en Bolivie tres agreable.

Vendredi 6 juin on passe la journee dans le bus en direction de Salta. Deux cachets en plus dans notre passeport te pas grand chose a raconter. Le soir on s'installe dans notre auberge a Salta ou la table de Pingpong et la table de pool seront de tres bons amis les prochains jours.

Du Samedi 7 juin au jeudi 12 juin on est a Salta. On commence par se reposer quelques jours, je suis encore a moitie malade, puis on a un peu l'impression d'avoir fonce a travers la Bolivie donc on se calme maintenant. On s'attendait a du beau temps ici, question de se rechauffer apres le froid affreux de l'altiplano mais on n'avait pas de chance. On se croirait en Belgique ici pour l'instant. On n'a donc pas fait grand chose a Salta. On a ete 4 fois au cinema, on a beaucoup joue au pingpong, on a passe deux jours a discuter et manger avec Janina (qui etait avec nous a Arequipa). On a ete faire du cheval aussi. An, qui faisait du voltige avant, a adore et moi aussi, quoique je ne me sentais pas super a l'aise quand mon cheval decidait de galoper (d'apres An c'etait drole a voir...) et maintenant j'ai mal au cul et au dos. Et puis hier on a pris un telepherique vers le haut d'une colline de ou il y avait une belle vue sur la ville. Apres avoir lu/dormi pendant 1 heure on est redescendu a pied...

Comme il faisait mauvais a Salta on a decide de chercher la chaleur et cette apres-midi on prend le bus vers Asuncion, Paraguay. Fini donc la civilisation vu qu'on retourne vers un pays repute pour la corruption... Dans a peu pres une semaine on vous fera savoir comment ca se passe labas...

Hey iedereen!

Bij deze met enige vertraging het vervolg van onze tour door Bolivie:   We waren dus aangekomen in het verschrikkelijke koude en deprimerende stadje Uyuni (door Fred toepasselijk vergeleken met een of ander verloren gat in Alaska...) en na een warme pizza kropen we met thermisch ondergoed, fleece en wollen sokken in onze slaapzak onder de kilos dikke dekens.  Warm was het nog altijd niet maar alle beetjes helpen, he! 

Dinsdag 3 juni vertrokken we s ochtends op onze georganiseerde Salar de Uyuni-tour, hoewel later zou blijken dat "georganiseerd" niet de juiste woordkeuze was...  Onze gids/chauffeur zat in een jeep met vier Israelis en wij volgden met Fred en Bob in Fred's jeep.  We stopten eerst bij een treinenkerkhof, wat betekende dat we in  the middle of nowhere honderden roestige stoomtreinen gedropt zagen die nog tot in de jaren'60 van vorige eeuw in gebruik waren.  Toendertijd bestond er een spoorlijn die de zilver- en tinmijnen van Potosi via Uyuni met de Chileense kust verbond.  Onze gids bleek niet echt spraakzaam en bovendien geen woord Engels te spreken (wat voor Boske en mij nu niet veel verschil maakte maar voor Fred en Bob wel en er was ons nu eenmaal een tweetalige gids beloofd).  Na bij een klein dorpje gestopt te zijn waar een lokale bewoner ons toonde hoe men op absoluut primitieve wijze zout uit de Salar haalde en in keukenzout transformeerde, kwamen we zelf aan bij de Salar.  De grootste zoutvlakte ter wereld bleek nog veel surreeeler dan we ons ooit hadden kunnen voorstellen.  Immens, schijnbaar eindeloos, verblindend wit en ter hoogte van de horizon overgaand in een helblauwe lucht.  Geloof me, een mens zou van minder sprakeloos zijn.  We stopten bij het eiland Inca Huasi, wat in werkelijkheid geen eiland is maar een stuk verhoogd land zonder zout dat midden in de immense zoutzee ligt.  Vol met cactussen in alle maten bleek ook dat erg spectaculair te zijn.  Na een bescheiden lunch vertrokken we naar onze slaapplaats, een echt "zouthotel" was ons gezegd en we waren dan ook erg nieuwsgierig.  Terwijl we in het kleine dorpje aankwamen zagen we tegen de berghelling een vrij modern hotel waar een hoop jeeps geparkeerd stonden en groot was dan ook onze verbazing toen wij midden in het dorp plots rechtsaf sloegen en voor niet veel meer dan een adobe kleihut parkeerden.  Binnenin bleken enkele muren van zout te zijn gemaakt en er lag ook zout op de grond maar de kamers waren armzalig, het was er ijskoud, het vensterglas was met tape in het raam vastgeplakt en voor de "douche" moesten we extra betalen.  Bovendien was onze gastvrouw een tien jaar oud kind met een kleuter op de rug wat nu niet meteen vertrouwen inboezemde.  Na wat rondvraag in het grote en mooie hotel werd het ons al snel duidelijk dat Fred zich volledig had laten inpakken en dat we op een onofficiele en ongeorganiseerde rip-off tour waren beland.  Aangezien hij ons aangeboden had bij hem in de jeep te blijven hadden Boske en ik niks gecheckt, wat we natuurlijk wel hadden moeten doen aangezien wij ons niet zo snel iets laten wijs maken (Spaans spreken is een absoluut voordeel).  Alleszins, we werden er niet echt goed gezind van maar Boske was weer zijn praktische zelf en begon de krakkemikkige vensters te isoleren door onze opblaasmatrasjes er voor te plaatsen etc.  Toen het donker werd hadden we zicht op de mooiste sterrenhemel ooit.  Ik had nooit gedacht dat je zoveel sterren en planeten kon zien buiten een planetarium.  De buitenlucht was ijzig koud (tot -15C die nacht) maar het zicht was zo mooi dat we toch nog tevreden (en bevroren) gingen slapen.

Woensdag 4 juni werden we koud wakker en waren we blij dat we de veredelde zouthut achter ons konden laten, hoewel we niet veel hoop/illusies hadden wat de accomodatie voor de komende nacht betrof.  We reden erg lang door een absurd vulkaanachtig landschap waarin we honderden kilometers van ons af konden kijken.  Na een korte stop bij de mirador van een van de vele vulkanen reden we verder richting een aantal kleine lagunes.  Die lagunes bleken erg mooi tegen het droge, rode landschap af te steken en bovendien bevolkt te worden door hele hordes roze flamingos.  We lunchten bij een grote lagune waar een hele vossenfamilie woonde die duidelijk aan de toeristen gewend waren en na zeer veel geduld kwam een van de dieren zo dicht bij Boske dat we dachten dat hij uit Boskes hand zou eten.  Na nog een lange rit door een geschift maanlandschap kwamen we aan bij de zogenaamde "Stone Tree" een rots die door de sterke wind op deze vlaktes volledig uitgehold is en de vorm van een boom heeft gekregen.  s Avonds sliepen we aan de Laguna Colorada, een lagune die zijn naam eer aandoet en een fel rode kleur heeft.  Accomodaties waren deze keer pover maar toch duidelijk beter dan vorige nacht.  We deelden de kamer met Fred en Bob, Boske hoestte zich de ziel uit zijn lijf en sliep verschrikkelijk slecht.

Donderdag 5 juni was de laatste dag van onze tour door Zuid-West Bolivie en we stonden om 4.30u op om....  een uur op onze gids te wachten die nog hopen praktische dingen moest doen aangezien hij de vorige dag onmiddellijk in bed gekropen was.  Ons humeur was beneden vriespunt (net zoals de buitentemperaturen die die nacht rond de -20C draaiden aangezien we op 4300m hoogte sliepen) en dat verbeterde er niet op toen Fred zag dat onze gids zijn jeep geen achterlichten had.  In het pikkedonker in de woestijn een jeep zonder achterlichten volgen bleek niet eenvoudig en het was een rit die we niet snel zullen vergeten!  Bovendien moesten we nog bij een grenspost langs waar iedereen nog bleek te slapen en Boske en Fred de lokale officier letterlijk uit zijn bed zetten.... De grenspost lag op 5000m hoogte, we waren dus hoger dan we ooit geweest waren. Tegen zonsopgang kwamen we dan aan bij een veld met enorm veel vulkanische activiteit waar we veel geysers zagen die onder enorm veel druk stonden.  De hele omgeving stoomde en dampte dat het een lieve lust was, onvoorzichtigheid kon in zware brandwonden resulteren.  We ontbeten vlakbij enkele thermale baden maar waren niet gek genoeg om in zo n koude temperaturen het water in te duiken.  Daarna reden we nog hele tijd en toen dropte onze gids ons bij Laguna Verde (die pas rond de middag groen zou worden door het zonlicht dus voor ons was het gewoon een grijze lagune) en wees ons waar Chile lag ("door het meer, rechts van de vulkaan"...).  We waren blij dat we van de man afgeraakt waren en dat we nu weer onze eigen zin konden doen.  Na een lange rit waarbij we op bepaald moment 2000m daalden in slechts 40 minuten tijd, kwamen we dan toch aan in Chile.
Warm water, internet, normaal eten, zon,......  maar luxe en civilisatie hebben hun prijs, vooral in Chile, en we waren echt niet goed van de hotelprijzen in het kleine, overtoeristische Chileense stadje San Pedro de Atacama.  In shock na een maand goedkoop reizen in Bolivie besloten we Chile zo snel mogelijk te verlaten en richting het goedkopere Argentinie te reizen.  We boekten meteen een bus voor de volgende dag en in de namiddag viel ik in slaap in de zon, wat zo verschrikkelijk veel deugd deed na de absurde koude van de vorige dagen.  s Avonds namen we afscheid van Fred en Bob die de volgende dag terug naar La Paz zouden reizen.  Ze trakteerden ons op een lekker restaurantje en met spijt in het hart namen we afscheid van de twee mensen waar we de voorbije twee weken zo n fijne tijd mee beleefden.

Vrijdag 6 juni namen we de bus naar Salta, hetgeen ons de hele dag zoet hield aangezien het een 10u durende rit was.  s Avonds namen we onze intrek in een klein hostal in Salta waar we verslaafd zouden worden aan de pingpong- en de pooltafel.

De voorbije week hebben we dus in Salta doorgebracht maar veel valt daar eigenlijk niet over te vertellen.  Na onze Boliviaanse avonturen die elkaar in hoog tempo hadden opgevolgd, waren we toe aan veel rust.  Om de voorbije week even samen te vatten:  We zijn vier keer naar de bioscoop geweest (waarvan een keer naar de "Sex and the City"-film die geweldig is :-)))) .   Janina (waar we mee samenwerkten bij Traveller not Tourist) kwam langs en met haar gingen we vooral veel op restaurant en babbelden we heel veel.
We hebben een museum bezocht en zijn bovendien een namiddag gaan paardrijden, wat hilarisch was aangezien Boske nog nooit op een paard gezeten had (maar hij deed het erg goed voor de eerste keer, hoewel hij nu blauwe billen heeft en moeite met zitten :-) En gisteren zijn we met de kabellift een heuvel opgegaan waar we lange tijd gelezen hebben in de zon voor we terug naar beneden wandelden!

De laatste twee dagen in Salta hadden we gelukkig terug mooi weer maar de eerste dagen was het weer in Belgie beter dan hier, hetgeen ons niet goed gezind maakte na al de kou die we op de Boliviaanse hoogvlaktes geleden hadden.  Mede daardoor hebben we besloten warmere oorden op te zoeken en vanmiddag nemen we dan ook een bus richting Asuncion, de hoofdstad van Paraguay.  Van de beschaving terug naar een apenland dus, waar corruptie en dengue koorts vrij spel hebben.  t Is weer eens wat anders he!  Veel Deet smeren is de boodschap :-).

Voila, dat was het weer. Binnen een week ofzo meer nieuws over onze Paraguayaanse avonturen, hoera!

7 juin 2008

Oruro-Sucre-Potosi

Hey allemaal!

Bericht vanuit Argentinie!  Jawel, via Oruro, Potosi, Sucre, Uyuni en San Pedro de Atacama (Chili) zijn we opnieuw in ons geliefde Argentinie beland.  Tot in San Pedro deden we dat allemaal samen met Fred en Bob wat niet alleen erg gezellig was maar ook erg handig aangezien het leven in Bolivie een stuk makkelijker is wanneer je niet afhankelijk bent van het openbaar vervoer.  We zijn dan ook wat sneller geweest dan geplanned wat waarschijnlijk tot gevolg heeft dat we enkele dagen in Asuncion, de hoofdstad van Paraguay, gaan doorbrengen eer we ons richting Brazilie begeven voor een blitzbezoek.

Fotos van al deze plaatsen kunnen jullie in album Bolivie terugvinden.

Dinsdag 27 mei lieten we La Paz achter ons en vertrokken richting Sucre samen met Fred en Bob.  Onze eerste stop op het programma was Oruro waar we na een uur of vier aankwamen en een kleinigheid aten.   Aangezien Fred en Bob een ander budget hadden, sliepen zij in een ander hotel maar we bezochten wel samen de stad en gingen s avonds samen op restaurant.  Oruro is bepaald niet de interessantste stad wat deels verklaard waarom ons restaurantbezoek het boeiendste deel van ons bezoek bleek.  Een andere verklaring was chef Roberto die de hele avond met ons babbelde en die privechef van beroemdheden over de hele wereld geweest was.  Stonden onder andere op zijn lijstje:  Hugh Hefner, Clinton, Reagan, Cher, Bill Gates,.....  Zijn restaurant Nayjama in Oruro was in de wijde omgeving bekend en de excentriciteit en geweldige verhalen van de chef zijn even populair als het eten.  Hij toonde ons zijn hele restaurant, bood ons zelf gebrouwen porto aan en was een vat vol levenswijsheid.  Ongeloofelijk!

Woensdag 28 mei informeerden we ons eerst en vooral over de blokkades tussen Oruro en Sucre (2500m) alvorens te beslissen dat we in plaats van de normale weg naar Sucre een veel langere en niet aangelegde weg zouden nemen die ons rond de wegblokkades zou moeten leiden.  In Bolivie zijn er elke drie dagen stakingen en blokkades, deze keer was het omdat er vorige zaterdag een grote rel had plaatsgevonden waarbij de lokale (blanke) Sucre bewoners enkele Indiaanse mensen (lees "Evo aanhangers") publiekelijk hadden vernederd.  Er zijn veel problemen tussen de rijkere laagland bevolking van Sucre en Santa Cruz die onafhankelijk willen zijn van het centrale La Paz waar Evo zit die verkozen is door de armere, Indiaanse hooglandbewoners.  Bij de rellen in Sucre waren 26 gewonden gevallen, de situatie zou vrij explosief zijn en we wilden dus goed geinformeerd zijn eer we vertrokken.  We reden de hele dag lang door kleine verwaarloosde dorpjes, lang mijncomplexen, door diepe dalen en over steile kliffen met zicht op heuvels en bergen in de meest absurde kleuren.  Aangekomen in Sucre gingen we naar een Frans restaurant waar we ons te goed deden aan verloren gewaande lekkernijen zoals bruin brood en geitenkaas.

Donderdag 29 mei beklommen we gevieren een heuvel die naast de stad lag en van waaruit we een mooi zicht zouden moeten hebben.  Onderweg kwamen we enkele Peace Corps medewerkers tegen waar we lange tijd mee babbelden.  Aangekomen op de top ontdekten we dat het Jezus beeld op de top nauwelijks boven de boomgrens uitstak en het zicht dus teleurstellend was.  Jezus proberen te beklimmen, poging onsuccesvol.  Op de terugweg iets gegeten en ontdekt dat straten nog steeds leeg waren en dat iedereen voetbalde en fietste dat het een lieve lust was.  Alles bleek geblokkeerd en de volledige stad was daardoor autovrij en lag lam.  De lokale bevolking profiteerde van deze onvoorziene dag vakantie en de stad was de hele dag erg aangenaam om in rond te kuieren.   Sucre is een schitterende stad in tegenstelling tot het hektische La Paz waar je met moeite de weg terugvindt.  Sucre is volledig wit.  Witte koloniale gebouwen en ook erg witten mensen in vergelijking met de rest van het land.  Het klimaat is er een van constante lente aangezien het een stuk lager ligt dan Oruro (3800m), Potosi (4060m) of Uyuni (3600m).

Vrijdag 30 mei bezoeken we in eerste instantie de niet erg indrukwekkende kathedraal van Sucre.  Daarna naar de Iglesia de la Merced die al een stuk mooier is en die bovendien een geweldig groot dak heeft waar we meer dan een uur blijven om van het zicht op alle witte huizen te genieten.  Daarna gaan we naar het Casa de la Libertad, museum over de geschiedenis van Bolivie waar je onder andere alle presidenten van Bolivar tot Evo kan terugvinden, net zoals de onafhankelijkheidsverklaring van het land.  Naderhand gaan we lunchen met zicht op de Plaza en brengen we een paar uur al luierend op de Plaza door, lezen en schrijven we veel en bekijken we internet.  s Avonds gaan we weer naar het Frans restaurant maar ik voel  me belabberd en eet nauwelijk iets.  s Nachts blijkt waarom:  Voedselvergiftiging...

Zaterdag 31 mei verlaten we Sucre en rijden we met Fred en Bob naar Maragua.  De weg is lang en kronkelend maar het zicht is schitterend.  In Maragua blijkt alles wat we wilden zien gesloten of niet toegankelijk, gelukkig dat een lokale familie wat textielstukken toont die F&B schitterend vinden zodat ze toch de tapijten konden kopen die ze zochten.  Maragua ligt in een krater, veel armoede maar de locatie is weer schitterend.    We rijden helemaal naar Potosi waar we s avonds aankomen.  Ik voel me nog steeds slecht en breng de rit dus vooral slapend door. s Avonds in het ijskoude Potosi heeft Boske plots serieus last van hoogteziekte en voelt zicht rotellendig.  Een soepje en ons bed in, daar komt het dus op neer.  Gelukkig dat we een superleuke kamer hebben in een torentje met zicht op Cerro Rico.  Potosi was enkele eeuwen geleden de welvarendste stad van Zuid-Amerika dankzij zijn Cerro Rico (rijke berg) waaruit men 80 per cent van al het goud en zilver haalde dat in de Spaanse kerken terug te vinden is.  Momenteel is Cerro Rico kapotgemijnt maar er wordt nog steeds gewerkt en je kan ook diep onder de grond de mijnwerkers gaan bezoeken.  Claustrofobie en overdosissen aan asbest in de mijngangen hielden ons echter tegen en we bleven braaf boven de grond.

Zondag1 juni brachten we de ochtend door met het wanhopig op zoek gaan naar ontbijt want alles bleek dicht (in Belgie lijkt dat logisch maar in de meeste Zuid-Amerikaanse landen is alles open op zondag dus wij zijn dat niet meer gewend!).  Tegen de tijd dat we een hotel vonden dat ons eten wilde geven zagen we allemaal scheel van de honger en de hoogte!  Daarna bezochten we het Casa de la Moneda, het munthuis van Potosi waar vroeger de munten voor Spanje geslagen werden.  Lange maar interessante tour doorheen Boliviaanse geschiedenis.  Naderhand voelden we ons allemaal nog vrij flauw door de hoogte en gingen wat lezen en luieren op de plaza en in het hotel.  Rust is zo belangrijk op een hoogte waar je niet eens normaal kan ademen en waar alles maar dan ook alles zo verschrikkelijk vermoeiend is.  Naderhand met ons tweetjes een lange wandeling door Potosi gemaakt.  Waar in Sucre alles pas geverfd lijkt, is Potosi een stad van vergane glorie.  Je ziet aan de omvang en de structuur van de huizen dat de stad ooit heel rijk moet zijn geweest maar tegelijkertijd is alles wanhopig op zoek naar een lik verf en zouden alle muren opnieuw gestukt moeten worden. 

Maandagochtend 2 juni ontbeten we uitgebreid en gingen daarna op zoek naar de artesanale markt van Potosi.  Deze bleek echter gesloten te zijn en na nog wat kerkjes bezocht te hebben besloten we de stad te verlaten en richting Uyuni te rijden.  Potosi was al verschrikkelijk koud en Uyuni zou nog erger zijn dus we bereidden ons op het ergste voor aangezien verwarming in Bolivie nog niet echt doorgedrongen is en alles met open deuren gedaan wordt zelfs bij nachttemperaturen tot -15 en dagtemperaturen die rond het vriespunt draaien.  Onderweg kwamen we een koppel tegen wiens truck in het zand vastgelopen was.  Fred's auto heeft een soort kabelgeval waarmee hij hen er weer uit kon trekken, erg indrukwekkend en het koppel was dolgelukkig want stond daar al vier uur in the middle of nowhere (en in Bolivie is dat letterlijk te nemen...).   Uiteindelijk aangekomen in Uyuni, hoogstwaarschijnlijk de triestigste stad van het Zuidelijk halfrond:  Beton, vuilnis, bijtende koude, armoede en bovendien alle toeristische accomodatie overpriced.  s Avonds in warme pizzeria lekker gegeten en voor het eerst met de slaapzak onder de hopen dekens geslapen met thermisch ondergoed en een fleece aan.  De vriendelijke pizzeria eigenaar wist ons te vertellen dat het tijdens de tweece nacht van de Uyuni tour -25graden zou worden, ik werd niet goed bij het idee alleen (want natuurlijk weeral geen verwarming, noch isolatie). 

Hierna volgden drie dagen in het Zuid-Westen van Bolivia op een georganiseerde tour die een absolute ramp bleek te zijn.  Gelukkig maakte het schitterende landschap veel goed!  Hierover later meer want anders zitten we nog een paar uur achter de computer en daar hebben we dus even geen zin in :-)  Dus tot binnen een paar dagen wanneer jullie de rest van onze zeer koude tour zullen kunnen lezen!  Ciao, wij gaan nu grandioos genieten van Argentijnse steak, salades en wijn en dat allemaal voor absurd weinig geld!  Cheers!!!

Bonjour tout le monde,

Pas mal de temps est passe depuis la derniere fois qu'on a poste des nouvelles et pas mal de choses se sont passees. En fait on est restes avec les deux gars et la jeep pendant tout notre trajet en Bolivie. Ils etaient tres sympas et ca nous faisait plaisir d'eviter les bus nocturnes boliviens, donc on a decide de continuer avec eux. Ils allaient plus vite que ce que notre planning prevoyait donc on n'avait moins le temps de s'occuper de notre blog. Depuis le lundi 26 mai on est passe par Oruro, Sucre, Potosi, la salar de Uyuni et San Pedro de Atacama au Chili. Maintenant on les a quittes et on a decide de prendre notre temps ici a Salta dans le Nord-ouest de l'Argentine... Dans ce post ci du blog on se limitera a tout ce qui s'est passe entre LaPaz et Uyuni. On garde donc le tour de la salar de Uyuni pour un prochain post, question de ne pas passer la journee entiere derriere des ordis: nous a tout ecrire et vous a tout lire. On mettra la partie de Uyuni dans quelques jours, peut-etre avec quelques infos a propos de Salta aussi... Enfin bon, apres ce tres long intro, voici le recit depuis le

mardi 27 mai. On prend un taxi vers l'appart de Fred ou les deux gars avec qui on avait fait LaPaz on foot nous attendent pour partir en direction de Oruro. On s'arrete un instant dans un petit village pour visiter une eglise. Ils ne sont pas habitues aux touristes ici, ils vont chercher un gars pour qu'il ouvre l'eglise specialement pour nous. Arrives a Oruro on s'installe dans un autre hotel que Fred et Bob et le soir on va manger dans un resto de renommee internationale (Nayjama) dont le chef a cuisine pour tous les grands de ce monde entre autre Ronald Reagan, Bill Clinton, Bill Gates, Sylvester Stallone et Hugh Hefner (les trois annees les plus dures de sa vie: un macho de l'amerique du sud entoure de playmates en permanence...)

mercredi 28 mai on se leve de bonne heure et apres avoir recus 20.000 reponses differentes a la question "y'a-t-il encore des bloquades? si oui, ou-ca?" on decide de s'aventurer vers Sucre par le chemin de terre qui est plus long mais plus beau que la route asphaltee. On est passe par les plus grandes mines de Bolivie, des villes minieres semi-abandonnee, des vallees profondes et des cols qui dominent le paysage. On a eu des superbes vues pendant toute la journee et on a vu toutes les couleurs de l'arc-en-ciel dans les roches Boliviennes. Le soir a Sucre on va manger a l'alliance francaise ou on decouvre des plats qu'on n'avait plus vu depuis longtemps.

jeudi 29 mai je commence par appeler ma petite soeur pour lui souhaiter bon annif. La pauvre est derriere son bureau entrain d'essayer de digerer l'un ou l'autre cours de psycho-je-ne-sais-plus-quoi. (Bonne chance pour la suite des exams Fanny) Ensuite on se dirige avec Fred et Bob vers la colline qui domine la ville. En y allant on se rend compte que la ville est tres calme, pas une seule voiture qui circule. Un peu plus tard on decouvre que c'est parce que les chauffeurs de bus font la greve et que ici quand les bus font la greve ils bloquent toute la ville en mettant leur bus au milieu des carrefours strategiques. On decide de grimper sur la colline pour avoir une vue d'ensemble de la ville, mais une fois en haut on est assez decus. La statue de Jesus ne depasse pas au dessus des arbres et donc on ne voit pas la ville, juste des arbres. An s'amuse a grimper vers Jesus et elle decide enfin de redescendre apres le vingtieme "Chou descend stp!". De retour au pied de la colline on se fait un resto de ou il y a vue sur la ville et l'apres-midi on se promene dans le centre. Tout est ferme a cause de la greve donc il n'y a rien d'autre a faire que de se promener. Au passage on se souvient que, comme Arequipa, cette ville-ci porte le nom "ciudad blanca"... Ici tout tout tout est vraiment blanc, et blanc propre. Pas gris comme a Arequipa. Sucre est superbe.

vendredi 30 mai on commence la journee par une petite visite rapide de la cathedrale. Rien d'exceptionnel: denouveau beaucoup trop de richesse autour de statuettes de Jesus qui ont l'air de souffrir beaucoup trop. Ensuite on va vers une autre eglise qui n'est pas geniale non plus, mais la on peut monter sur le toit. On reste longtemps sur le toit et on profite de la vue sur tous ces batiments blancs. Ca fait mal aux yeux toute cette lumiere. Ensuite on se dirige vers la Casa de la Libertad: la maison dans laquelle a ete signee la declaration d'independance Bolivienne en 1809. La Bolivie etait d'ailleurs le premier pays de l'Amerique du Sud a se declarer independant en 1809, mais le dernier a se liberer effectivement des colonisateurs en 1825. Dans cette maison on trouve plein de vieilles cartes, de vieux drapeaux, des peintures des grands bonnets de l'epoque, etc etc. Il y a aussi une salle avec les portraits de tous les presidents du pays, c'est choquant de voir comme ils sont nombreux a avoir obtenu le pouvoir par la force ou l'argent. Apres un bon petit repas au bord de la Plaza on se promene encore un peu en ville.

samedi 31 mai on veut prendre la jeep vers Potosi, mais au passage on a envie de passer par un tres joli petit village qui s'appele Maragua et qui devrait se trouver dans un cratere. Toutes les cartes donnent des infos differentes et les locaux aussi nous donnent des infos contradictoires jusqu'a ce qu'on comprenne la source de tous les problemes: un gentil flic nous explique qu'il y a 2 Maraguas a 30km l'un de l'autre. Ce petit bout d'info nous permet de continuer la route avec un peu plus de confiance en les cartes et apres 2h30 de route a travers des paysages superbes on arrive enfin a Maragua qui est effectivement un superbe village. Pardon, le village n'est pas special, mais la location est superbe: c'est dans un cratere de volcan et les rochers autour du village ont des formes tres bizarres. On cherche l'echoppe ou il devrait y avoir moyen d'acheter des tissus et apres quelques negociations Fred et Bob parviennent a acheter tout le stock d'une famille. Ensuite on se met en route vers Potosi ou on arrive en fin d'apres midi. Potosi est la ville la plus haute du monde a 4070m et ca se sent. An et moi on se sent tous les deux miserables et tout le monde va dormir tres tot.

dimanche 1 juin. Plus que 1 mois et 17 jours avant qu'on se retrouve sur le sol belge... ca s'approche nondidju! On commence la journee par la visite de la Casa de la Moneda, par ou tout l'argent qui sortait de Cerro Rico passait avant d'etre amene en Espagne. Et quand je dit tout l'argent c'est pas une petite somme: a peu pres 50% de tout l'argent qui a ete produit dans le monde depuis le debut du 17e siecle sort de cette montagne a cote de Potosi. On se dit qu'elle doit etre vide cette montagne et qu'elle pourrait s'ecrouler n'importe quand. L'apres-midi on se promene un peu en ville, on voit que c'est une ville qui a ete tres riche (elle etait aussi grande que Paris et Londres il y a 3 siecles): il y a partout de tres jolis batiments coloniaux qui sont dans un etat pitoyable. On est contents d'avoir vu cette ville et la montagne a cote, mais il fait tellement peu agreable ici car en plus du manque d'air il n'y a pas beaucoup de vent et on a l'impression de respirer direct les echappements des bus. Et puis les nuits il fait incroyablement froid ici...

lundi 2 juin on fait un petit tour dans la ville et on cherche un bancontact et ensuite on se dirige vers Uyuni. Une fois de plus la route est superbe et en plus cette fois on vit une aventure. Au milieu de nulle part une femme fait des grands signes a cote de son petit camion, elle est ensablee. Heureusement la jeep est munie d'un cable pour sortir les gens de situations pareilles. C'est assez chouette de voir la jeep qui sort le camion du sable et en plus la madame nous remercie sans arret. Puis ca fait du bien aussi de montrer que les gringos aussi savent etre sympas... (Quoique en lisant le livre que je viens de lire a propos de l'histoire de la Bolivie on comprend que les blancs ne sont pas recus les bras ouverts...). En fin de soiree on arrive a Uyuni et on decouvre une ville tres triste, tres pauvre, ou tout est poussiereux, sale, froid. Pas etonnnant vu que c'est a 3600m d'altitude et que c'est dans un desert, mais bon. On n'aime vraiment pas cette ville. On est content de pouvoir partir directement demain matin pour 3 jours en jeep dans le sud-ouest de la bolivie. Mais cette aventure la sera pour dans quelques jours...

30 mai 2008

Photos/Fotootjes

Nieuwe fotootjes in album Bolivia, uitleg volgt later! Nouvelles photos dans album Bolivia, explications suivent dans quelques jours!
26 mai 2008

La Paz

Bonjour tout le monde.

Voici le recit de nos quelques jours a Lapaz. On a ajoute les photos de nos trois jours dans la pampa et avec un peu de chance les photos de Lapaz apparaitront aussi dans l'album bolivie...

Vendredi 23 mai on commence la journee par une promenade a travers LaPaz. Cette ville est grande, bruyante et chaotique. il y a des gens partout, des echoppes partout, des minibus partout. C'est fatiguant d'etre ici apres quelques jours dans la chaleur de la jungle ou tout va lentement et doucement. Parcontre on ne comprend pas qui a eu l'idee de creer cette ville: l'altitude fait qu'on est a bout de souffle en permanence (ceci n'a parcontre pas l'air de deranger les locaux: il y a quelques annees ils ont construits un stade de foot en plein centre ville dans le but d'attirer la coupe du monde 2014. Ils n'ont pas pense au fait qu'il est absolument impossible de courir 90 minutes a cette altitude et la Fifa a interdit tout match officiel d'avoir lieu dans ce stade. Sur quoi Evo Morales le president a participe a un match a 5000 et quelques metres d'altitude pour prouver le contraire...) A part l'altitude les nuits sont extremements froides, il y a a peine une goutte de pluie de mars a decembre et de decembre a mars il y en a tellement que les rues se transforment en rivieres. Comme si ce n'etait pas assez Lapaz est construit dans un bol, mais en grandissant, les paroies raides de la vallee se sont remplies de maisons sans aucun planning rural ce qui fait que chaque annee des maisons s'ecroulent a cause d'un glissement de terrain. Soit, en se promenant on passe par quelques jolis batiments mais rien d'extraordinaire. On achete quelques souvenirs, on s'amuse a decouvrir les trucs les plus bizarres qui sont en vente au marche de la sorcellerie. Ils ont des poudres et des herbes contre tout et n'importe quoi. Ils vendent aussi des foetus seches de lama que les boliviens enterrent en dessous d'une maison avant de la construire. L'apres-midi An a rdv chez un ophtalmologue car ca fait 2 mois qu'elle se trimballe avec une infection de l'oeil qui s'en va et qui revient. Elle recoit une nouvelle petite pomade, on espere que cette fois ca guerrit cette poisse. Le soir je lit beaucoup pendant que An s'amuse comme une folle (o, ironie) a recoudre une fois de plus ses pantalons qui s'usent bien trop vite ici.

Samedi 24 mai on commence la journee par 30minutes de minibus en direction de la Valle de la Luna. On passe a travers la Zona Sur ou tous les riches de Lapaz habitent. Des villas les unes plus grandes que les autres et de gens qui ont le temps et l'envie de faire du jogging. Arrives a la Valle de la Luna on fait une promenade d'une petite heure dans cette vallee en etant epate de ce que nos yeux voient. Pas moyen de decrire a quoi ca ressemble, les photos vous donneront une idee. Ce qu'on petu dire c'est que c'est des millions d'annees d'erosion du au vent et a la pluie qui ont cree ce decor tout a fait fantastique. On reprend un bus vers le centre-ville ou on part a la decouverte de la Calle Jaen et des 4 musees qui s'y trouvent. Petite ruelle tres sympa avec des maisons de style colonial en toutes les couleurs. L'apres-midi on passe quelques heures a la poste pour envoyer un paquet a la maison et ensuite on va refaire le plein de livres dans un cafe pour gringos ou il y a une petite librairie pour ces memes etrangers. Le soir on tombe par hasard sur deux des volontaires avec qui on avait travaille a Arequipa et on discute avec pendant toute la soiree.

Dimanche 25 mai on s'est reserve une petite excursion dans Lapaz. On commence la promenade dans El Alto. El Alto est une ville juste a cote de Lapaz, sur les hauteurs de l'altiplano, qui entre temps est devenue plus grande que Lapaz meme. De la on a une superbe vue sur la vallee remplie de maisons et les sommets de 6000m qui entourent la ville. Le guide de l'excursion est un americain qui habite ici depuis 5 ans avec sa femme bolivienne. Il nous raconte des masses et des masses de trucs superinteressants a propos de tout: les rapports politique entre Lapaz et le reste du pays, les conflits entre Lapaz et El Alto, l'histoire de Lapaz, on apprend aussi plein a propos de nourriture locale et encore plein d'autres sujets. A la fin de cette excursion on a descendu a pied de 400m pour arriver au centre ville et au passage on a compris pourquoi et comment les Boliviens se sont amuses a construire une ville dans cet environnement tout a fait fou. Promenade extremement enrichissante donc avec "Lapaz on foot" pour ceux qui comptent venir ici dans le futur proche. Ce qui reste de l'apres-midi on le passe dans notre lit a lire ces nouveaux livres qu'on a achetes hier. Le soir on va au resto avec Naomi et Vicky, les volontaires. On mange des choses delicieuses, mais il faut etre patient... en attendant on se souvient que le Lonely Planet disait du resto que "la nouriture est tres bonne et il y a d'ailleurs une bonne librairie. Ceci tombe a pic car on peut finir (a lire, pas a ecrire...quoique) un livre en attendant son repas".

Lundi 26 mai on commence la journee par une promenade sur le Prado, l'avenue centrale de Lapaz ou il y a quand meme pas mal de batiments tres hauts. Une fois de plsu on constate que la richesse est tres mal partagee dans ce pays... Ensuite on se dirige vers la rue ou tous les touristes achetent leurs souvenirs et on se fait un delicieux petit resto la. en rentrant vers notre auberge on croise Tracey, encore une volontaire de Arequipa. Sympa de la revoir et ca fait bizarre de tomber comme ca deux jours d'affiles sur des gens qu'on n'a plus vu depuis un petit temps. L'apres midi on est devant ces petits ecrans pour vous mettre au courant de nos activites et An retourne chez l'ophtalmologue pour controler si l'infection dans ses yeux s'ameliore.

Demain on accompagne les deux autres gars qui ont fait l'excursion de Lapaz on foot a Oruro en jeep. De la on continuera notre route vers Sucre. On espere ne pas rencontrer de bloquades en cours de route car a voir les premieres pages des journeaux boliviens la situation a Sucre est explosive. On ne sait pas bien quel est le probleme exactement, mais disons que les boliviens ont les memes problemes qu'en Belgique avec deux differences: ici c'est pas le nord contre le sud, mais l'altiplano contre ceux qui vivent plus bas. Et chez nous les gens restent calme et laissent les politiciens foutre le bordel alors qu'ici les manifestations sont tres nombreuses et assez violentes (26 blesses dimanche).

A la prochaine

Hey allemaal!

Nieuwe fotootjes van Pampas en La Paz in album Bolivie!

Morgen vertrekken we alweer uit La Paz, dus even snel een update uit het land van lama foetussen, verkeersgekte, maanlandschappen en quinoa...

Vrijdag 23 mei stonden we rond zeven uur op en begonnen we aan een lange stadswandeling die ons in eerste instantie langs Plaza San Francisco bracht, waar we de schitterende kerk bewonderden.  Daarna wandelden we via heel kleine straatjes vol souvenirs en ander toeristenspul naar de befaamde Heksenmarkt.  Daar vonden we onder andere lama foetussen, fossielen, gedroogde zeesterren, opgezette kaaimannen en andere rare en vaak ecologisch onverantwoorde spullen.  Toch wordt er veel verkocht, hoewel niet aan de toeristen... Zo worden lama foetussen bijvoorbeeld onder de hoeksteen van nieuwe gebouwen begraven om Pachamama (Moeder Aarde) gunstig te stemmen.  Naderhand brachten we een bezoek aan het Coca museum waar we veel interessante en rare informatie te verwerken kregen, gaande van de exacte manier om cocaine te produceren tot de geschiedenis van Coca-Cola (dat in eerste instantie dus met cocaine in plaats van met cafeine gemaakt werd, vandaar de naam...).  La Paz is een overweldigende stad die zich niet zo snel laat begrijpen en waar je om de haverklap geconfronteerd wordt met nieuwe informatie.  In de namiddag begon een wanhopige zoektocht naar boeken, wat niet zo eenvoudig was als je in een miljoenenstad zou mogen verwachten.  Daarna naar de oogspecialist want na twee maanden, hopen medicatie en verschillende consultaties nog steeds geen verbetering.  Rest van de avond al lezend en naaiend (onze kleren begeven het en masse) doorgebracht.

Zaterdag 24 mei vertrokken we s ochtends vroeg naar de Vallee de la Luna (Maanvallei), zo genoemd om wille van de rare rotsformaties.  We besloten geld uit te sparen en niet met een van de vele tours te gaan maar het gewoon samen te doen.  Dat bleek verbazend makkelijk te zijn:  Veertig minuten in een minibusje en we stonden in the middle of nowhere in een maan- en woestijnachtig landschap.  Ongeloofelijk dat er zo n desolaat en stil landschap mogelijk is op nauwelijks tien minuten (in auto) van het hectische centrum van La Paz!  We wandelen een uur rond tussen de rare vormen en schitterende vergezichten op La Paz en de omliggende bergen.  Zoals een Amerikaan die we tegenkwamen terecht opmerkte:  "Als dit de States waren dan zou de vallei waar La Paz in ligt tot Nationaal Park verklaard worden en zou er nooit iets in gebouwd mogen worden".  Helemaal correct want de natuurlijke setting van La Paz is absoluut schitterend en bovendien helemaal niet uitnodigend voor mensen:  Omringd door bergen van meer dan 6000meter, op een hoogte waar ademen steeds weer een uitdaging blijkt; in een droge, koude vallei is La Paz echt een geschifte stad.  De Paceños lijken er echter aardig mee om te kunnen:  Zo bouwden ze enkele jaren geleden een nieuw voetbalstadion in het centrum van de stad zonder er ook maar even bij stil te staan dat voetballen op  4000m hoogte voor de meeste buitenlanders misschien niet zo eenvoudig zou zijn... Fifa keurde het stadion dan ook zonder pardon af :-).  Na ons bezoek namen we een busje terug en bezochten we Calle Jaen, een schitterend klein straatje vol gekleurde huisjes en leuke kleine musea.  Na de lunch brachten we hele tijd door in het postkantoor in de hoop wat spullen thuis te krijgen en vervolgens gingen we een nieuwe lading boeken inslaan.  s Avonds ontdekten we dat twee van de vrijwilligers waar we drie weken mee doorgebrachtten in Arequipa in hetzelfde hostal als wij  verbleven!  Superleuk! Hele tijd met Naomi en Vicky gebabbeld in de bar van hostal en daarna bed in gekropen.

Zondag 25 mei deden we een georganiseerde tour door de stad met "La Paz on foot", een organisatie die toeristen op een ecologisch verantwoorde manier de stad en de omgeving wilt leren kennen.  De tour bleek een geweldig succes, we leerden ongeloofelijk veel. We begonnen in El Alto, wat een raar fenomeen is:  Gelegen op 4000 meter langs de rand van de vallei die volledig gevuld wordt door de stad La Paz is El Alto de voorbije vijftig jaar vanuit La Paz gegroeid.  El Alto vloeit zonder zichtbaar onderscheid over in La Paz en is, ondanks het feit dat het een onafhankelijke en grotere stad is dan La Paz, op geen enkele kaart terug te vinden!  In La Paz rolt het geld van de berg, wat in de praktijk betekent dat El Alto arm is en  hoe meer je de bergen afloopt naar het centrum toe, hoe rijker de stad is.  La Paz en El Alto tarten alle wetten van de logica en elk jaar in het regenseizoen wordt dat pijnlijk zichtbaar:  Hele huizen glijden van de hellingen af, grote winkelstraten veranderen in woeste rivieren die alles en iedereen die ze tegenkomen in hun vaart meesleuren.  Van El Alto liepen wij de berg af naar het centrum, naar de zogezegde "informele markt" die de Boliviaanse economie gaande houdt:  Straten vol kraampjes met schoenen, straten vol fruitverkopers, een andere straat vol gsms, ....  Je vindt het allemaal!  Na afscheid genomen te hebben van onze superinteressante gids, vertrokken we voor lunch in ons hostal.  Ik belde naar huis en de rest van de namiddag brachten we al lezend door.  s Avonds uitgebreid op restaurant met Naomi en Vicky en jawel, als dessert een gefrituurde Mars-reep met ijs gegeten! Voor iedereen die kokhalsneigingen heeft bij het idee alleen;  Het is niet zo erg als het klinkt en is eigenlijk nog best lekker hoewel ik me even niet wil afvragen wat zoiets met een mens zijn cholestorol doet...

Vandaag maandag 26 mei stonden we wat later op en verkenden we het Prado, het chiquere gedeelte van de stad waar palmbomen en hoge gebouwen boven de stad uitsteken.  Ook profiteerden we van de lage prijzen om op souvenirjacht te gaan in de vele kleine winkeltjes en om een voorraad Quinoa chocoladebars in te slaan (dat en mango lekstokken, jongens toch dat ga ik missen in Belgie).  Daarna lekkere lunch en in de namiddag liepen we plots tegen Tracey aan, nog een andere vrijwilliger van Arequipa.  Hele tijd staan babbelen en vanavond gaan we gezellig samen ergens iets eten en drinken.  Deze namiddag moet ik nog even bij de oogdokter langs voor we morgen definitief uit La Paz vertrekken.  Deze keer niet met de bus maar met de auto richting Orure van waaruit we willen verder gaan naar Sucre.  Onze lift krijgen we van twee mannen die op onze tour aanwezig waren en waar we het erg goed mee konden vinden.  We gaan met hen naar Orure en wie weet daarna naar Sucre.  Voila, tot zover het hoofdstuk La Paz, hopelijk tot binnenkort!

Publicité
1 2 3 4 5 6 > >>
Boske y An en America del Sur
Publicité
Derniers commentaires
Publicité